Grote ambities: Freddie De Tommaso
De Brits-Italiaanse tenor Freddie De Tommaso wijdt zijn debuut-cd Passione aan de grote tenoren uit het verleden. Stem, repertoire en uitvoering zijn op-en-top klassiek, de impliciete boodschap van het album is echter wat voorbarig.
Freddie De Tommaso – Brits-Italiaans, opgegroeid in Tunbridge Wells – linkt zichzelf met zijn cd Passione rechtstreeks aan de grootste tenoren van de twintigste eeuw. Hij draagt de cd op aan Franco Corelli, zijn idool, en het London Philharmonic Orchestra stoft arrangementen af die grote tenoren uit het verleden ook voor hun opnames gebruikten, in de hoop eenzelfde sentiment op te wekken. Te horen zijn beroemde stukken als ‘Ideale, ‘Mattinata’ en ‘Core ‘ngrato’, maar gelukkig ook wat noviteiten: Respighi’s ‘Nebbie’ (spannend!) en twee liederen van Puccini, voor het eerst georkestreerd.
Gezegd moet worden: De Tommaso heeft een strot waar je je pet wel voor afneemt. Het stempel ‘klassiek-Italiaans’ is niet overdreven. Zijn toon riekt naar het verleden, zijn zang is soepel en gesmeerd en zijn hoge noten legt hij ongekreukt in het orkestrale bed.
Soms is het mij echter te gepolijst, en te behaaglijk. Uiteindelijk wil je wat voelen, maar De Tommaso is zo smooth dat de echte emotie vaak achterwege blijft. Ik voel niet die zindering die ik bij helden als Corelli en Pavarotti wel voel.