CD-recensies

Villazón zingt Tito in Mozart-serie bij DG

Tenor Rolando Villazón en dirigent Yannick Nézet-Séguin presenteerden deze maand deel vijf van hun Mozart-cyclus bij Deutsche Grammophon: La clemenza di Tito. De live-opname volgt hetzelfde patroon van de vorige vier: de directie is sterk, de cast is uitstekend, maar Villazóns bijdrage valt tegen.

De timing van de nieuwe DG-uitgave is slim. La clemenza di Tito geniet de afgelopen seizoenen opmerkelijk veel aandacht, met onder meer producties door het Orkest van de Achttiende Eeuw, Opera Vlaanderen en De Nationale Opera. Een blijk van herwaardering voor dit late werk, dat Mozart parallel aan Die Zauberflöte componeerde, maar dat lange tijd in de schaduw van die klassieker en Mozarts andere meesterwerken stond.

Yannick Nézet-Séguin ontlokt in de live in Baden-Baden opgenomen uitvoering een warme, volle klank aan het Chamber Orchestra of Europe. De kersverse muziekdirecteur van de Metropolitan Opera dirigeert levendig als altijd. Tegelijk heeft zijn interpretatie een wat statige uitstraling, zeker als je het vergelijkt met de enorme vaart en pit van René Jacobs, een dirigent die Tito muzikaal veel dichter bij de energie van Mozarts doldrieste komedies bracht. Nézet-Séguin kiest een in mijn ogen veiliger benadering, waarin Tito een antiek drama blijft.

Centraal in de cast staan twee fantastische dames: sopraan Marina Rebeka als Vitellia en mezzosopraan Joyce DiDonato als Sesto. Rebeka maakt een verbluffende indruk met haar pittige, geslepen recitatieven, waarin elk woord barst van de betekenis, en haar haarfijne solo’s. Ze portretteert Vitellia als een venijnige vrouw die niemand boven zich duldt.

DiDonato is overtuigend als altijd met haar geweldige tekstbegrip, haar scherpe dictie en haar ongelofelijke expressie. Ze geeft een ontroerende interpretatie van ‘Parto, ma tu ben mio’. De scènes tussen haar en Rebeka zijn stuk voor stuk hoogtepunten.

De jonge Tara Erraught staat (vrij letterlijk) haar mannetje als Annio. Ook zij behandelt haar tekst uiterst zorgvuldig, waarbij ze haar vocale lijnen prachtig masculien weet te kleuren. Meestal vind ik ‘Hosenrollen’ in enkel audio weinig overtuigend, maar Erraught is een volledig geloofwaardige man.

Het maakt de scènes met haar geliefde Servilia (Regula Mühlemann) zeer onderhoudend. Mühlemann contrasteert in grote mate met Erraught door haar lichte, jeugdige geluid. Ze zijn zo echt twee onderscheiden karakters, die elkaar onder meer in het duet ‘Ah, perdona al primo affetto’ helemaal vinden.

De relatief kleine rol van Publio is luxe bezet met de formidabele bas-bariton Adam Plachetka en ‘projectleider’ Rolando Villazón stapt zelf in de tweede rol voor mannenstem, die van Tito. Wellicht ben ik bevooroordeeld door de voorgeschiedenis (stemproblemen, nog meer stemproblemen, een uitgeholde zangersagenda), maar ik kan me niet laten meeslepen door Villazóns interpretatie. Zijn recitatieven verbleken bij die van zijn collega’s. Uit zijn rare, ‘glooiende’ frasering spreekt weinig tekstbegrip. Zijn aria’s zijn beter, maar zodra hij enigszins de hoogte ingaat of lastige bochten moet nemen, floept alle kleur en ziel uit zijn stem.

In de vorige uitgave, Le nozze di Figaro, zong Villazón slechts een klein rolletje. Nu zingt hij de titelrol en dat drukt een stempel op de opname. Ik begrijp de marketingwaarde van de naam Villazón, maar er zijn vele tenoren die deze rol beter vertolken, passend bij de kwaliteit van de rest van de cast.

Er staan nog twee Mozart-titels op het DG-lijstje: Idomeneo en Die Zauberflöte. Zingt Villazón daar weer de hoofdrollen (Idomeneo en Tamino)? Dan valt er weinig meer te verwachten van deze serie, hoe mooi sommige afleveringen ook waren.

Vorig artikel

Kameroperahuis bewerkt Tsjechov bij NJO

Volgend artikel

Marie-Luce Bree directeur Grachtenfestival

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

6Reacties

  1. Taco Stronks
    26 juli 2018 at 17:21

    In Die Zauberflöte zingt Villazón Papageno!

  2. c.horsmeier
    27 juli 2018 at 14:38

    Jeetje zeg dit maakt me wel nieuwsgierig tenor die Papageno zingt.

  3. Kersten van den Berg
    28 juli 2018 at 13:03

    Ik denk wel dat Schikaneder ook zo`n soort Papageno als Villazon is geweest: licht baritonaal en op de eerste plaats acteur. Maar: vreselijk, ik hóór die Villazon al chargeren. Er zijn genoeg voor deze rol geschikte echte baritons en ik verfoei die `marketingwaarde` waarvan Jordi spreekt. Ja, NAMEN willen `ze`. Ergerlijk, zoals bv. ook de lyrische Hampson als heldenbariton beunhaast.

  4. Pieter Bierma
    30 juli 2018 at 20:06

    Villazon vind ik gewoon geen mozarttenor

  5. Kersten van den Berg
    30 juli 2018 at 22:19

    Geheel mee eens, @Pieter Bierma; zou ook als Monostatos een figuur slaan.

  6. Kersten van den Berg
    31 juli 2018 at 11:25

    PS
    Met uiteraard alle respect en de grootste waardering voor de `oude` Rolando Villazón hoor! Zijn sensationele HF Don Carlos is onvergetelijk.