Operarecensie

Zweedse schoonheid in het Concertgebouw

Wilt u weten hoe Zweedse schoonheid uit de mond van een Zweedse schone klinkt, dan had u gisteravond in het Concertgebouw moeten zijn. Sopraan Miah Persson gaf een heerlijke recital. Voor de pauze overtuigde ze al met volop levende Schumann-liederen, na de pauze zong ze een paar juweeltjes uit haar vaderlandse liedrepertoire.

Vorige week dinsdag opende de jonge Russische bariton Rodion Pogossov de Vocale Serie in de Kleine Zaal van het Concertgebouw. Gisteren stond alweer de volgende vocale belevenis op het programma, wederom van een jonge artiest die het in korte tijd tot de grootste podia van de wereld geschopt heeft. Haar naam: Miah Persson, een Zweedse die onder meer in Salzburg, Londen en New York al met lof overgoten is.

Miah Persson (foto: Mina Artistbilder / Askonas Holt).

Geheel begrijpelijk, vind ik. Persson heeft een krachtige stem, met een heel puur geluid. Ze heeft een wijds bereik, dat ze van laag tot hoog met het grootste gemak bestrijkt. Haar borstregister is warm en vol en haar hoge noten plukt ze subtiel, ogenschijnlijk zonder enige inspanning uit de lucht.

Voeg daarbij haar charisma en zichtbare plezier in het zingen en je hebt een complete artiest, die zonder moeite een avond, wat zeg ik, véle avonden kan boeien.

Gisteravond begon ze haar hartverovering met liederen van Clara en Robert Schumann. Ze zong ze met veel beleving, intelligent en tekstbewust. Ieder lied was bij haar een overtuigend verhaal, met ongeremde expressie verteld. Ik vond dat haar luide medeklinkers en vele ‘zuchten’ haar zang soms wel hinderlijk onderbraken, maar verder was er niets dat afleidde van haar spannende optreden.

Met name ‘Frauenliebe und –leben’ van Robert Schumann maakte indruk op me. In de cyclus bezingt een vrouw haar liefde voor een man, van de eerste ontmoeting tot de dood. Het verdriet over die dood liet Persson ontroerend klinken in ‘Nun hast du mir den ersten Schmerz getan’. Alleen al de strakke, klagende manier waarop ze het eerste woordje ‘nun’ aanzette, was genoeg om me te raken.

Na de pauze vervolgde de zangeres het programma met liederen van de Zweedse componisten Ture Rangström en Wilhelm Stenhammar en Zweedse liederen van de Fin Jean Sibelius. Beeldrijke liederen, met natuurlijke, vloeiende melodieën. Hier vond ik Persson op haar best. Ze liet haar beeldschone klank de vrije loop en wist, ondanks het onbegrijpelijke Zweeds, de emoties en gebeurtenissen uit de gedichten op een bijzonder directe wijze over te brengen.

Zo liet ze in ‘Zomernacht’ een heerlijke dialoog horen tussen een brutale lijster en een zich verwonderende visser, bezong ze in ‘Den enda stunden’ op knappe, verstilde manier een onuitwisbaar mooie herinnering en verklankte ze in ‘Flickan under nymanen’ op energieke wijze het opgewonden hart van een verliefd meisje.

Met de krachtige liederen van Sibelius bereikte het recital haar hoogtepunt, zeker ook dankzij het fantastische pianospel van de jonge Joseph Breinl, die de sopraan de gehele avond door op fijnzinnige, vaak zelfs ontroerende wijze ondersteunde.

Als tweede toegift zong de sopraan ‘Morgen’ van Richard Strauss. Een beetje een clichélied in recitalkringen, maar toch: Persson zong het op zo’n breekbare, adembenemend getimede manier, dat het publiek na het wegsterven van haar laatste noot enkele trage seconden doodstil bleef. Zo’n stilte heb ik zelden gehoord in de Kleine Zaal. Een mooier eerbetoon had deze fraaie artieste niet kunnen krijgen.

Zie voor meer informatie over de Vocale Serie de website van het Concertgebouw.

Vorig artikel

Discografie: Roméo et Juliette

Volgend artikel

Met start nieuwe serie bioscoopuitzendingen

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. diny tecker
    7 oktober 2010 at 13:32

    Het was inderdaad een hartveroverend recital van de sopraan Miah Persson en de pianist Joseph Breinl. Hoe jong is jong in het vak?
    Deze zangeres heeft haar carrière in zo’n vijftien jaar prachtig opgebouwd en behoort met haar volwassen leeftijd toch niet meer tot de ‘jonkies’. In die categorie vallen zangers en zangeressen tot 35 jaar. De eerste toegift was het lied Ein Traum van Grieg, waarna Morgen van R. Strauss even een omschakeling vereiste, omdat dit lied zo buiten het prachtig opgebouwde programma viel.