FeaturedOperarecensie

Negen uur Stockhausen in Keulen

Op eerste paasdag werd het zevende deel van Stockhausens imposante cyclus Licht voor het eerst integraal opgevoerd, in het Staatenhaus in Keulen. Een hoogcultureel, onvergetelijk evenement. François van den Anker onderging de ruim negen uur durende voorstelling en doet verslag.

Scène uit Sonntag aus Licht (foto: Klaus Lefebvre).

Componist Karlheinz Stockhausen werkte 25 jaar aan de muziektheatercyclus Licht – Die sieben Tage der Woche. Aan het werk ligt niet een concept maar een ‘superformule’ ten grondslag, met heel veel ideeën over religie, de wereld en de kosmos.

Stockhausen-stad Keulen bracht de afgelopen weken de première van Sonntag aus Licht, het zevende en laatste deel van de cyclus, dat ‘Der Tag des Gottelobes’ genoemd wordt. Voor het artistieke concept en de enscenering tekende theatergezelschap La Fura dels Baus uit Spanje.

Stockhausen schreef in 1999 over dit deel met gouden letters op een briefje: ‘Sonntag, fliegen zu anderen Monden, Planeten, Sternen’.

Lichter-Wasser
Het is de ochtend van Pasen in Keulen, ongetwijfeld de lichtste zondag tot nu toe in dit jaar. De omgeving van het Staatenhaus, een beursachtig gebouw aan de Rijn, kleurt wit. Een deel van de bezoekers blijkt het verzoek van de organisatie gehonoreerd te hebben en draagt witte kleding. Sonntag aus Licht wordt vandaag voor het eerst integraal uitgevoerd.

We gaan de zaal binnen, waar ligstoelen staan opgesteld. De ruimte is rond, heeft witte wanden en aan het plafond hangen grote panelen. Vanuit de ligstoel, zo is de gedachte, kun je de muziek beter ondergaan. Maar ontspannen lukt me niet goed; er is zoveel te zien en mee te maken.

(Foto: Klaus Lefebvre)

In het eerste deel, Lichter-Wasser, zien we Eva en Michael letterlijk door de ruimte zwerven. Michael is een Christus-achtige verlosser, Eva staat voor de oermoeder van het leven. Ze rolt door de zaal op een troon van danseressen, terwijl Michael in een stellage boven het publiek zweeft. Hij ziet eruit als ruimtevaarder Yuri Gagarin.

Verspreid door de ruimte staan de musici opgesteld. Ze produceren een toon en geven die als het ware door aan een ander. Ze dragen wijde overalls met geheimzinnige tekens. Op hun muzieklessenaar is ruimte gemaakt voor een kaars en een glas. Vuur en water.

Tenor Hubert Mayer, die vaker werk van Stockhausen uitvoert, lijkt geen moeite te hebben met de complexe teksten en de niet eenvoudige muziek. Sopraan Anna Palimina, lid van het ensemble van de Oper Köln, heeft vocaal hele andere dingen te doen dan in haar andere rollen als Koningin van de Nacht of Servilia uit Mozarts La Clemenza di Tito.

Liggend in de strandstoel begin je te vergeten dat het een voorstelling is.

Engel-Prozessionen
Na een pauze zijn we terug in de ronde zaal. Vier solisten en zeven koren zingen de lof van God in zeven wereldtalen. Dirigent James Wood staat op een verrijdbaar podium, dat hem voert naar strategische dirigeerplekken in de zaal. Hij heeft een gewaad aan met ledlampjes. Die zitten ook op zijn handen, zodat zijn aanwijzingen goed te zien zijn. Deze opera blijkt, ongetwijfeld geheel buiten de bedoelingen van de componist, óók een ode aan de ledlamp.

De zeven koren bewegen door de ruimte. Iedere groep draagt gewaden in een eigen kleur, bedrukt met grote strepen en de naam van de opera en de componist. Er zijn ledlampjes op hun kleding bevestigd om de partituur te lezen, die tegelijkertijd een soort kerststerren verlichten die de zangers op hun rug dragen. Als ze aan de beurt zijn, knippen ze met een schakelaartje hun eigen licht aan en voilà: ze zijn uiterst overtuigend engel. Aan deze Engel-Prozessionen werken ook de leden van Capella Amsterdam mee.

Licht-Bilder en Düfte-Zeichen
De delen drie en vier spelen zich in een andere zaal af, in theateropstelling. Er wordt gewerkt met 3D-projectie en ook vuur, water en geuren maken deel uit van de ervaring. Noa Frenkel, die een in de partituur voorgeschreven ‘tiefe alt’ heeft, zingt de rol van Eva. Ze roept naar de zaal: ’Komm Michael Himmels-Knabe!’

‘Hier bin ich unter die Leuten’, roept een piepklein jongetje uit het publiek. De jonge Michael wordt vertolkt door een sopraan van het knapenkoor uit Dortmund. Gekleed in een mini-Gagarin-overall zingt het jongetje een duet met Eva. ‘Was du wilst, wird geschehen’, zingt Eva. Het duet is knap gezongen en buitengewoon ontroerend.

Hoch-Zeiten
Het vijfde deel, Hoch-Zeiten, maken we mee in twee vormen en twee zalen: een keer met orkest en een keer in de koorversie, met theater en dans. In de koorzaal staan vijf groepen dansers opgesteld die allemaal een bruiloft uit één van de continenten uitbeelden. Via een ingenieus geprojecteerde tijdcode gaan de gezamenlijk onderdelen van de choreografie synchroon.

De stoelen zijn weg, we lopen langs en door de bruiloftscènes, die ingehouden oosters zijn of brutaal en imperialistisch Europees. Tegen het einde staan de dansers op stelten, zingen soms playbackend mee met het koor, maken contact met het publiek, raken je even aan of geven schouderklopjes. Langzaam leiden ze het publiek naar de binnencirkel, waar we ineens omgeven zijn door grote wielen. Er is een ontroerend soort verstilling. Brok in de keel. Het applaus is gul.

(Foto: Klaus Lefebvre)

Met muziek voor synthesizer wordt het publiek uitgeleide gedaan, de nog warme Keulse avond in.

We hebben ruim negen uur meegemaakt die veel meer waren dan een operavoorstelling. Complexe, eigenzinnige muziek met dito zang. Veel, moeilijk en mooi geluid, dankzij de klankregie van de Nederlandse Kathinka Pasveer, ooit collega van Stockhausen en nu de behoedster van zijn muzikale nalatenschap. Een gedetailleerdheid in de enscenering die ongekend is, met dank aan La Fura dels Baus. En ook: religie, zingeving, kosmische invloeden en betekenis.

Deze Sonntag aus Licht is religieus zonder prekerig te worden. Stockhausen vertelt zonder te willen evangeliseren. Het ontbreken van pretentie in dit toch niet erg toegankelijke en hoogculturele werk maakt het genietbaar als muziekwerk, als opera, als totaaltheater en als uniek, onvergetelijk evenement.

Zie de website van Theater-TV voor een filmpje over de productie.

Vorig artikel

Componist Peter Lieberson overleden

Volgend artikel

Nieuwe Elektra en Theodora op dvd

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

4Reacties

  1. Basia Jaworski
    26 april 2011 at 16:35

    Mijn complimenten, Francois!
    Ik ben een grote liefhebber van moderne muziek, maar 9 uur Stockhausen had ik geen half uur volgehouden! 🙂
    Chapeau!

  2. Gerard
    26 april 2011 at 19:09

    Wat een moed inderdaad, ik heb het ook geprobeerd met Stockhausen maar vrees dat ik de tijd en het geduld niet meer voor heb om me er nog echt in te verdiepen en te gaan horen. Er is geen noot die me bij blijft als ik er naar heb geluisterd. Wellicht muziek die pas door een volgende generatie echt begrepen zal worden? (lijkt me sterk). In de recensie lees ik ontzettend veel over hoe het er uit zag, maar lees weinig of de muziek beklijft (afgezien van een ontroerend duet)

  3. 3 mei 2011 at 14:17

    Mooie recensie Francois! Gerard zegt dat hij weinig over de muziek bij je terug leest, maar het ging ook veel meer over het geheel aan indrukken op die dag. Nog meer dan bij Wagner (op Stockhausen zich toch wel schijnt te baseren geeft hij na enig aandringen toe), is er echt sprake van totaaltheater. Alle zintuigen (maar dan ook alle: tot aan de neus toe!) worden geprikkeld.
    Ik was er live bij aanwezig, met een groep van 12 mensen. Iedereeen zag er wel een klein beetje tegenop, maar de hele dag is omgevlogen. Je raakt in een soort trance, en toen ik ’s avonds in mijn bed lag, klonk de muziek nog hemels na in mijn hoofd. Daar zou Stockhausen blij mee zijn geweest denk ik 🙂

  4. Gerard
    3 mei 2011 at 14:41

    @Remco: daar heb je gelijk in. Dit is niet een soort standaard bezoek aan de opera. Lijkt me wel dat je er heel erg voor in de stemming moet zijn. Overigens: Wagner is in principe ook een vorm van totaaltheater en daar kan ik soms al na 1 akte in trance raken;-))
    Ik vraag me wel af, hoe vaak zal zo’n brok muziek/theater worden uitgevoerd? want door het meerdere malen uitvoeren van hetzelfde stuk kan er een op/uitvoeringstraditie ontstaan, en kan het zich ontwikkelen en aan betekenis krijgen en in een vast repertoire komen. Om Stockhausen (toen hij nog leefde, ik heb hem wel eens gezien tijdens een voorstelling achter het mengpaneel) heb ik wel eens moeten lachen, want ik zag een overeenkomst met musicalcomponist Andrew Lloyd Webber, die alles tot in de finesses voorschrijft en is vastgelegd, en waar absoluut niet volgens het concept mag worden afgeweken; Lloyd Webber heeft zo’n zelfde idee over zijn musicals. En de toelichting die Stockhausen bij zijn muziek gaf, klonk mij vaak als een groot esoterisch abacadabra in de oren.