FeaturedOperarecensie

Audi’s Parsifal bij weerzien nog mooier

Pierre Audi’s Parsifal uit 2012 beleefde afgelopen dinsdag een geslaagde herneming. Opvallende nieuwkomer in de cast was Günther Groissböck, die debuteerde in de rol van Gurnemanz. Belangrijke oudgediende was Petra Lang, die opnieuw Kundry vertolkte.

Christopher Ventris en het Koor van de Nationale Opera in Parsifal. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)
Christopher Ventris en het Koor van de Nationale Opera in Parsifal. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)

In hedendaagse termen is het verhaal van Parsifal een fantasy, met een vliegende graalbode, een toverkasteel dat op afroep tevoorschijn komt en weer verdwijnt, bloemenmeisjes (Zaubermädchen), een magische speer en een kelk die levenskracht biedt. Die kelk en speer zijn ontleend aan de lijdensgeschiedenis van Jezus, de rest is ontsproten aan het brein van Richard Wagner, die zich grotendeels heeft gebaseerd op Parzival van Wolfram von Eschenbach.

Er wordt in het libretto weliswaar gesproken over een heiland en een avondmaal, maar de kijker die denkt met een zuiver christelijk werk van doen te hebben, wordt op het verkeerde been gezet. Wagner gebruikt de christelijke symbolen vooral omdat ze vertrouwd zijn en een affectieve betekenis hebben voor westerlingen met hun in het christendom gewortelde cultuur. Als Amfortas bezwijkt voor de druk van Titurel en de ridders en tegen zijn wil de graal onthult, zingt de groep dat hun brood en wijn door het aanschouwen van de graal een grote kracht krijgt, die hen in staat stelt om ten strijde te trekken ter bescherming van het geloof. Dus geen heilig avondmaal, maar meer een sessie waarbij het dagelijks voedsel als het ware wordt ingestraald.

Pierre Audi heeft in zijn enscenering getracht recht te doen aan Wagners bedoeling om de religieuze symbolen voor zich te laten spreken, zonder er een feitelijk betekenis aan toe te kennen. Zo loopt Amfortas bijna naakt en met een bloedende wond over het toneel, waarmee het beeld van Jezus aan het kruis wordt opgeroepen.

Ryan McKinny (Amfortas) en Petra Lang (Kundry) in Parsifal. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)
Ryan McKinny (Amfortas) en Petra Lang (Kundry) in Parsifal. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)

Audi voegt ook iets van zichzelf toe: de bloemenmeisjes zien eruit als treurvrouwen die zojuist de kruisiging hebben gadegeslagen. Ze dragen sobere, bedekkende kleding, inclusief een hoofddoek. Dat rijmt met het libretto; deze vrouwen treuren om hun mannen, die door Parsifal gedood of verwond zijn. Maar als ze klaar zijn met treuren, doen ze hun ‘overjas’ uit en zien we plotseling vrouwen in veelkleurige gewaden, die Parsifal enthousiast beginnen te verleiden. Dat treuren gebeurt waarschijnlijk spontaan, het verleiden doen ze op bevel van Klingsor.

De eerste akte speelt zich af tegen een onregelmatig gevormde rotswand, die rood wordt belicht. Alles draait hier om bloed en bloedrituelen. Als de wand wordt gedraaid, zien we een wat primitieve houten stellage, eerder een constructie om iets te stutten dan een op zichzelf staand bouwwerk. Een kennelijke metafoor voor de wankele situatie waarin de weigerachtige Amfortas de gemeenschap heeft gebracht.

Het effect van de veelbesproken spiegel in de tweede akte, het ontwerp van Anish Kapoor, viel mij ook deze keer erg tegen. Na meerdere bezoekers hierover gesproken te hebben, ben ik tot de conclusie gekomen dat slechts op een zeer klein deel van de plaatsen de overweldigende beelden te zien zijn die op zovele productiefoto’s figureren. Als de gedachte is om wezenlijk iets aan de theaterervaring toe te voegen, dan moet dat toch ten minste voor alle bezoekers in de duurdere rangen waarneembaar zijn. Nu is Kapoor meer een uithangbord voor de productie in plaats van een bepalende waarde.

Bastiaan Everink als Klingsor, met Petra Lang als Kundry. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)
Bastiaan Everink als Klingsor, met Petra Lang als Kundry. (© Ruth Walz / De Nationale Opera)

Günther Groissböck staat momenteel sterk in de belangstelling van de Wagner-wereld. In 2020 zal hij Wotan zingen in de nieuwe Ring-productie in Bayreuth en in 2018 neemt hij daar de rol van Gurnemanz over in Uwe Laufenbergs Parsifal-productie. Zijn eerste Gurnemanz hier in Amsterdam bleek direct een voltreffer. Hoewel wat jong en vitaal ogend voor de rol van de oude strijder wist Groissböck zich zowel in de eerste als in de derde akte nadrukkelijk op de voorgrond te plaatsen met zijn grote bühneprésence en prachtige stemgeluid.

Petra Lang deed daar in de tweede akte nauwelijks voor onder. Zij was een wat koele maar verleidelijke Kundry, die zowel Klingsor als Parsifal op afroep goed tegenspel kon bieden. Lang bouwde haar optreden in deze sleutelakte zorgvuldig op; soms leek het wel of ze haar stem wilde sparen voor het dramatische einde. Toen het eenmaal zover was, stond er dan ook een furie op het toneel.

Klingsor werd vertolkt door Bastiaan Everink, die deze rol eerder bij de Deutsche Oper Berlin zong. Zijn optreden was kort maar zeer overtuigend.

Christopher Ventris excelleerde in de titelrol. Hij zette een prettig onaangepast jongmens neer in de eerste akte, dat zich er in de tweede akte meer bewust van wordt in wat voor wereld hij eigenlijk leeft en in derde akte uitgroeit tot een doortastend persoon.

Ryan McKinney was afgelopen zomer al in Bayreuth te zien als Amfortas. Zijn interpretatie van de rol is goed, maar op punten enigszins pathetisch. Vocaal stelde hij mij teleur, met name in de derde akte.

De kleinere rollen waren goed bezet en het koor verrichte uitstekend werk. Maar de feitelijke ster van de avond was toch wel maestro Marc Albrecht, die zijn Nederlands Philharmonisch Orkest tot een fantastische uitvoering van de moeilijke partituur wist te brengen. Met deze dirigent kan het orkest net als voorheen weer alle Wagner-opera’s aan.

Parsifal is tot en met 29 december te zien in Nationale Opera & Ballet in Amsterdam. Zie voor meer informatie de website van De Nationale Opera.

Vorig artikel

401NederlandseOperas organiseert concert

Volgend artikel

DNO-koor en kinderkoor vieren kerst

De auteur

Peter Franken

Peter Franken

24Reacties

  1. Leen Roetman
    7 december 2016 at 13:26

    Kop “Audi’s Parsifal bij weerzien nog mooier”
    Quote artikel: “Het effect van de veelbesproken spiegel in de tweede akte, het ontwerp van Anish Kapoor, viel mij ook deze keer erg tegen. “

  2. Bas de Kwant
    7 december 2016 at 13:28

    Ik was zelf ook zeer onder de indruk. Kleine toevoeging: in akte twee, de recensent noemt dit een spiegel, maar zeker zodra de lamp ervoor komt moet toch heel duidelijk zijn dat we recht in een schaal kijken, dat het de graal moet voorstellen? Ik vond dat eigenlijk wel heel goede beeldtaal!

  3. Leen Roetman
    7 december 2016 at 18:48

    Merkwaardig en arrogant van Petra Lang. Toevallig viel mij deze zaterdag op hoe dankbaar en stralend het onvolprezen Monteverdi koor en de English Baroque Soloists samen met solisten en dirigent Gardiner het applaus in Groningen in ontvangst namen. Ze waren oprecht blij, tenminste die indruk wekten ze wel.

  4. 9 december 2016 at 13:02

    Guido van Oorschot in de Volkskrant: “Wat niet wil zeggen dat sopraan Petra Lang haar avond heeft. Haar stem dwaalt over de notenbalk zoals Kundry rond Monsalvat.” Met dat laatste ben ik het nadrukkelijk eens.

  5. Leendert
    10 december 2016 at 12:57

    Ter informatie van de heer Roetman en anderen: gisteren ontbrak Petra Lang wegens ziekte en werd zij vervangen door drie Kundry’s: één acteerde de rol, één zong de eerste akte en één de rest. Mijn waardering voor het kunst- en vliegwerk waarmee DNO toch nog een zeer geslaagde voorstelling neerzette. Om nog even op Petra Lang terug te komen: mogelijk voelde ze zich bij de première al niet goed en kan dat een verklaring zijn voor de wijze waarop zij het applaus in ontvangst nam (waaraan overigens lang niet iedereen aanstoot nam). Mij lijkt het in ieder geval voorbarig om de kwalificatie “arrogant” te bezigen, zeker als dit gestoeld is op een schrijfsel van meneer Keegel, die we zo onderhand toch goed genoeg zouden moeten kennen.

  6. paul
    10 december 2016 at 14:03

    Volgens mij blijft Petra Lang ook na de voorstelling in het karakter van haar rol. In Bayreuth zong ze Ortrud en kon er ook geen lachje van af bij het applaus.

  7. Leen Roetman
    10 december 2016 at 21:18

    Zou zo maar kunnen Paul! Erik Voermans van het Parool vond Petra Lang in ieder geval zeer goed.
    Over de uitvoering zegt Erik Voermans verder: “Vooral in de derde akte, waarin het personage Parsifal zich ontpopt als de redder van de tobberige graalgemeenschap, stegen Albrecht en de zijnen tot grote hoogten, niet licht geholpen door de adembenemend mooi zingende Oostenrijkse bas Günther Groissböck in de rol van graalridder Gurnemanz. Groissböcks drie kwartier durende monoloog, die bij mindere zangers nog weleens tot geknikkebol in de zaal wil leiden, benaderde de absolute perfectie.
    Allemachtig, wat een zanger. Hij komt volgend seizoen nog één keer terug, als koning Marke in de Tristan, maar daarna zal hij voor Nederland voorgoed onbetaalbaar zijn geworden.”
    Ik heb een kaart.

  8. Maarten-Jan Dongelmans
    10 december 2016 at 23:26

    In mei komt Groissboeck als Ochs in Der Rosenkavalier via The Met in onze bioscopen, waar hij vorig jaar naast EMW als landgraaf Hermann te zien was (Tannhaeuser).

  9. Christine
    11 december 2016 at 12:30

    Een apart medische geval: te ziek om op beleefde wijze afscheid te nemen van je publiek maar wel 4,5 uur Wagner kunnen voltooien. Chapeau! Het beeld van de operazanger die na de voorstelling “in het karakter van de rol blijft” is heerlijk romantisch, maar wel ietsjes beledigend voor de professionaliteit.

    Wat bedoeld Mr Leendert met “schrijfsel van meneer Keegel, die we zo onderhand toch goed genoeg zouden moeten kennen.” Ik ben nieuw hier, ik ken Mr Kegel niet. Zijn “schrijfsel” op Opera Gazet vond ik een met humor geschreven, deskundige recensie. Dus wat betekent “die we onderhand toch zouden moeten kennen”?

  10. Leendert
    11 december 2016 at 14:53

    @ Christine
    Operaland wordt, zoals Laura in haar reactie op Opera Gazet treffend opmerkt, bevolkt door overijverige tuinmannen. Meneer Keegel is wel heel ijverig, zeker als het op snoeiwerk van DNO producties aankomt. Om een recensie van een prachtige productie te beginnen met de kop “Petra Lang schoffeert publiek” komt op mij nogal buitenproportioneel over, even los van de vraag of het wel klopt. Op een gegeven moment geloof je het allemaal wel. Maar zolang er mensen zijn die plezier beleven aan zijn stukjes: prima, wat mij betreft.

  11. Maria
    11 december 2016 at 15:37

    Ach, ik lees meneer Keegel altijd met plezier. Ik houd wel van een beetje vileine humor. Maar die kop over de schofferende Petra Lang was inderdaad wat aan de zware kant. Ze was waarschijnlijk al niet lekker en nu is ze echt ziek. Ik ga op Eerste Kerstdag naar Parsifal en ik ben benieuwd wie er dan op het toneel staan 🙂 En voor mevrouw Lang: beterschap!

  12. Dick
    12 december 2016 at 10:44

    Tot de professionaliteit van vakmensen behoort het op fatsoenlijke wijze bedanken van hun publiek.

  13. paul
    13 december 2016 at 19:47

    Pankratova was gisteren de ster van de avond. En dat is knap, want de rest van de cast is ook om van te smullen.

  14. Jan de Jong
    16 december 2016 at 16:12

    Gisteren voor de tweede keer geweest. Er zitten prachtige momenten in deze Parsifal en muzikaal valt er heel erg veel te genieten. De personenregie is mij echter te statisch en te sober. Ook de decors en belichting zijn erg monotoon en vooral erg duister. Daardoor soms slaapverwekkend.

    In de pauze raakte ik in gesprek met een medebezoeker, die het betreurde dat in Nederland Parsifal niet op Goede Vrijdag wordt uitgevoerd, terwijl dat wel de traditie zou zijn in andere landen. Voor de aardigheid eens gekeken hoe dat in 2017 is (volgens operabase): slechts vijf theaters, waarvan vier in Oost-Duitsland, brengen Parsifal op Goede Vrijdag. Dat is nou niet bepaald een overweldigende traditie. In 2015 en 2016 waren het zeven theaters, al die jaren grotendeels dezelfde huizen (Mannheim, Berlin, Chemnitz, Leipzig).

    Wagner en zijn nazaten voeren Parsifal op in de zomer, nog steeds: in Bayreuth.

  15. kersten
    16 december 2016 at 16:49

    @ Jan de Jong: gelukkig maar dat die paastraditie niet of nauwelijks bestaat. Lijkt me `n horreur voor programmeur, castingdirector en ons. Ik eet trouwens het hele jaar graag boerenkool.

  16. Leen Roetman
    16 december 2016 at 18:12

    Parsifal hoeft natuurlijk niet met Pasen uitgevoerd worden. Maar om een ‘statische, sobere, monotone, soms slaapverwekkende’ (quote Jan) Parsifal in de feestmaand december uit te voeren…ik weet het niet.
    Zelfs de afdeling Marketing en Communicatie van DNO vindt dat het al weer het tijd is voor iets feestelijkers. Vandaag ontving ik reeds hun e-mail over de volgende voorstelling Die Entführung aus dem Serai (premiere 13 januari)….Hoewel feestelijk….regisseur Johan Simons spreekt over een ‘gevaarlijk stuk’.
    Voorlopig richt ik me nog even op Parsifal!

  17. Olivier
    16 december 2016 at 19:19

    Leen, je laat me schrikken! Entführung een gevaarlijk stuk…. We zouden er toch aan gewend moeten zijn. Dit is de vierde keer sinds de opening van het Muziektheater dat Entführung op het programma staat. Nu ik toch off-topic bezig ben, zo liggen de cijfers sinds 1986 voor een paar andere opera’s:

    Adriana Lecouvreur: 0 keer
    L’amico Fritz: 0 keer
    Andrea Chénier: 0 keer
    Fedora: 0 keer

    “Wer ein Liebchen hat gefunden…. “

  18. Maarten-Jan Dongelmans
    16 december 2016 at 23:24

    Over season operas gesproken: zet ook Werther maar eens in de kersttijd op de buehne of de Cavalleria met Pasen …

  19. Olivier
    17 december 2016 at 14:39

    … en Adriana Lecouvreur met Sint Juttemis.

  20. Maarten-Jan Dongelmans
    17 december 2016 at 17:07

    @Olivier: haha, net als de andere veristische opera’s in A’dam.

  21. kersten
    17 december 2016 at 18:04

    Heerlijk, jongens, jullie onvervulde wenslijstjes! Maar serieus, dat geseason opera vind ik maar Mattheus-getut (excuses aan de `bonafide` bezoeker). Doet me te veel denken aan kerstnachtmisgangers die de kerk de rest van het jaar voor gezien houden.

  22. Pieter K. de Haan
    26 december 2016 at 11:55

    Een in alle opzichten indrukwekkende voorstelling met voor mij maar één schrille dissonant: het bouwstellingendecor in de tweede scene van de eerste akte. Dat viel volledig uit de toon. Onbegrijpelijk!

  23. Maria
    26 december 2016 at 17:46

    Prachtige voorstelling! Ik had geen probleem met de bouwstellingen, het had wel wat van een verzamelplaats van waaruit je van alle hoeken en hoogtes de ceremonie kon volgen. Of zoiets. Muzikaal echt veel beter dan een paar jaar geleden met het Concertgebouworkest en Ivan Fischer. En wat was het koor in topvorm! Klein dissonantje toch wel: mevrouw Lang was niet erg happy. Haar optreden was heel netjes, maar hoe vaak maak je nou mee dat niet de vrouwelijke maar de mannelijke hoofdrolvertolker de dirigent op het podium nodigt? En aan mevrouw Lang te zien was dat niet vanwege een nieuwe trend…
    Na afloop was er een signeersessie met Bastiaan Everink. Wat een aardige man is dat!