BuitenlandFeaturedOperarecensie

Mehta keert terug in Wenen met Falstaff

De Wiener Staatsoper presenteerde afgelopen week een nieuwe productie van Giuseppe Verdi’s ‘comedia lirica’ Falstaff (1893). Een succes voor regie, zang en orkest, met een hoofdrol voor dirigent Zubin Mehta, die na acht jaar terugkeerde op de bok van het Weense operahuis.

Scène uit Falstaff. (© Wiener Staatsoper / Michael Pöhn)
Scène uit Falstaff. (© Wiener Staatsoper / Michael Pöhn)

Met zijn 80 jaar is Zubin Mehta net zo oud als Verdi was bij de wereldpremière van Falstaff, zijn laatste opera. Voor deze gelegenheid had Mehta zich een traditionele enscenering gewenst. Niet eerder in zijn carrière had hij de kans gekregen een traditionele Falstaff te dirigeren.

Sir David McVicar werd voor deze taak aangetrokken. Hij voldeed aan de verwachtingen met een in alle opzichten voortreffelijke enscenering, die gezien zijn tijdloosheid perfect geschikt is om lang op het repertoire van de Staatsoper te blijven staan.

Het decor van Charles Edwards was uiterst weelderig en elegant ontworpen. Het deed met zijn luchtige houten architectuur denken aan de Shakespeare-uitvoeringen in het Globe Theatre in Londen. Als theaterdoek werd de stamboom van Sir John Falstaff getoond, wat het publiek al voor het begin van de voorstelling nieuwsgierig maakte naar de veelzijdige hoofdpersoon.

McVicars intelligente personenregie stak, geheel in lijn met de bedoelingen van Verdi en zijn librettist Arrigo Boito, in op subtiele humor, waarbij achter iedere lach een snuifje ernst schuilging. Al te grote of platte grappenmakerij werd gelukkig vermeden, hoe levendig het gebeuren op het toneel ook was.

Gabrielle Daltons prachtige kostuums waren ontworpen in de stijl van historische schilderijen. Naast de Elizabethaanse tijd werd ook het puritanisme geciteerd, dat al tegen het einde van de zestiende eeuw in Engeland opkwam. Bij de karakterisering van sommige personages kwam dat goed van pas.

Voorafgaand aan de voorstelling kwam Staatsoper-directeur Dominique Meyer op het toneel met de mededeling dat understudy Paolo Rumetz de zieke Ambrogio Maestri zou vervangen in de titelrol. Later begreep ik van een medewerker dat ook Rumetz ziekjes was, maar dat was geen moment te horen. Met flexibele, warme bas-bariton zong en speelde hij Falstaff als een kruising tussen een aan lager wal geraakte clochard en een ‘old school gentleman’. Helemaal volgens het boekje dus.

Scène uit Falstaff. (© Wiener Staatsoper / Michael Pöhn)
Scène uit Falstaff. (© Wiener Staatsoper / Michael Pöhn)

Geweldig was de scène waarin Sir John Alice Ford probeerde te versieren en opschepte over zijn ‘betere tijden’ als page bij de hertog van Norfolk. Dat hun rendez-vous zo overtuigend uitpakte, was ook de verdienste van Carmen Giannattasio, die met stralende, heerlijk vrij klinkende sopraan het fantastische dameskwartet aanvoerde. Naast haar stonden de liefelijk zingende Hila Fahima als Nanetta, de warm kleurende Lilly Jørstad als Mrs. Meg Page en de meeslepende Marie-Nicole Lemieux als Mrs. Quickly. De laatste imponeerde met haar grootse alt in een kostelijk uitgewerkt ‘Referenza’.

Ook de mannen overtuigden. Ludovic Tézier als heethoofdige en tegelijk bangige Ford en de lyrische Paolo Fanale als Fenton maakten van hun solo’s ware hoogtepunten. Thomas Ebenstein (Dr. Cajus), Herwig Pecoraro (Bardolpho) en Riccardo Fassi (Pistola) waren eveneens van het hoogste niveau, waarbij de slimme indeling van de bühne in een boven en een onder voor een uitmuntende balans zorgde in de lastige ensemblescènes van de opera.

Het Wiener Staatsopernchor kweet zich, ingestudeerd door Martin Schebesta, vooral in de slotscène met veel bravoure van zijn taak. En vanuit de orkestbak kon je horen hoe na dit werk Zubin Metha aan het hart ligt. In zijn effectieve en gevoelige directie klopte ieder detail, hoe klein ook. Telkens werd weer duidelijk hoe dicht sprankelende humor en momenten van ernst bij elkaar liggen in dit werk.

Nadat Falstaff tijdens de slotmaten van de fuga ‘Tutto nel mondo è burla’ in een vliegende wasmand richting bühnehemel was opgestegen, beloonde het publiek alle artiesten, en in het bijzonder Zubin Mehta, met een staande ovatie.

Falstaff is nog tot en met 15 december te zien. De voorstelling van maandag 12 december wordt als livestream uitgezonden via Staatsoper.tv.

Vorig artikel

Hvorostovsky zegt operaoptredens af

Volgend artikel

Drie Kundry's redden uitvoering Parsifal

De auteur

Mordechai Aranowicz

Mordechai Aranowicz