FeaturedOperarecensie

Een avondje fraaie Franse ‘lyrique’

Het Rotterdams Philharmonisch Orkest voerde gisteravond (4/6) twee Franse werken op: een ‘scène lyrique’ van Debussy en een ‘tragédy lyrique’ van Poulenc. Over ‘lyrique’ dus niets te klagen, zeker niet met de sublieme Yannick Nézet-Séguin op de bok. Wat ik echter miste, was pijn en leed.

Nézet-Séguin voor het Rotterdams Philharmonisch Orkest (foto: Marco Borggreve).

Het Rotterdams Philharmonisch Orkest stelde een buitengewoon interessant programma samen ter gelegenheid van Operadagen Rotterdam: voor de pauze L’enfant prodigue van Claude Debussy, na de pauze La voix humaine van Francis Poulenc. Het één een werk van een componist aan het begin van zijn carrière (Debussy), het ander een werk van een componist op leeftijd, met een schat aan ervaring (Poulenc).

De ‘scène lyrique’ van Debussy was prachtig. Het vertelde de Bijbelse gelijkenis van de verloren zoon, in een iets aangepaste versie. Het korte werk stond bol van de klankschoonheid, zowel uit de monden van de drie solisten als uit de verschillende orkestsecties.

Nathalie Paulin (moeder Lia), Brett Polegato (vader Siméon) en Gilles Ragon (zoon Azaël) gaven alle drie met heerlijk rijke stemmen vorm aan hun rollen. Maestro Nézet-Séguin voegde daar een meeslepende uitvoering van Debussy’s partituur aan toe.

De jonge Canadees blijft me toch iedere keer weer verwonderen. Dit was de vierde keer dat ik hem zag en weer had ik het gevoel dat onder zijn hoede de componisten volledig tot bloei konden komen. Alleen al door zijn stijl van dirigeren: met heel zijn lichaam draagt hij de partituur tot in de kleinste finesses en nuances uit.

Ook La voix humaine kwam onder de maestro schitterend uit de verf. Het was spannend en expressief en klopte haarfijn met het libretto.

Toch deed de o zo dramatische monoloog van Poulenc me niet veel. Ik denk dat men de plank missloeg door Cora Burggraaf voor de solorol te vragen.

Niet dat Burggraaf er een potje van maakte. Integendeel! Ze acteerde geweldig, geholpen door de eenvoudige maar doeltreffende regie van Gerrit Timmers en Mirjam Koen en de live-videobeelden die Huub Laurens van haar maakte, zodat iedereen haar op een groot scherm kon volgen. En ook haar zang was onmogelijk slecht te noemen: zo lyrisch en zo vreselijk mooi van klank.

Wat het dan was? Het was té mooi. En juist daardoor ontbrak het hartverscheurende leed van de vrouw uit Cocteau’s verhaal. Naar mijn idee vraagt La voix humaine niet om fraaie klanken en melodieën, maar om rauwe emotie, groeiende wanhoop en ondraaglijk verdriet. En dat klinkt niet mooi, dat doet soms pijn aan de oren.

Burggraaf beschikt echter niet over zo’n dramatische stem. Bij haar pogingen om kracht te zetten, verbleekte juist haar klank en tijdens de diverse climaxen kon ze geen vuist maken tegen het orkest. De lelijke waarheid werd zo verdoezeld door fraaie lyriek. En dat is mijns inziens niet de mooiste manier om Poulencs werk uit te voeren.

Nu moet ik zeggen dat ik waarschijnlijk veel positiever was geweest als ik het stuk nooit eerder had gehoord. Maar nu ik weet hoe erg het door merg en been kan gaan, zeg ik: deze opvoering ging lang niet zo diep.

Niettemin werden m’n oren, los van het dramatische aspect, flink verwend met dit prachtige Franse programma. Laten mijn scepsis u daarom niet weerhouden om de tweede voorstelling op zaterdagavond 5 juni te bezoeken in de Doelen in Rotterdam. Sterker nog: doe dat vooral, want de schamele opkomst op vrijdagavond was jammerlijk voor een cast, orkest en dirigent van zulke klasse.

Vorig artikel

Rossini’s eerste in een onherkenbare regie

Volgend artikel

Reisopera dingt naar Zilveren Haring

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

4Reacties

  1. Francois
    5 juni 2010 at 23:16

    Die lage opkomst, dat was ook wel een reden om toch nog voor vanavond een kaartje te kopen voor de tweede uitvoering van de Franse opera’s. Plaats was er genoeg, hoe graag ik het dit Rotterdamse orkest en zijn dirigent ook gun, het was ook vanavond bepaald niet uitverkocht.
    En wat goed dat de recensie op deze site er zo snel was dat die keuze voor de tweede avond in elk geval nog te maken viel!
    Muziek mooi, stemmen mooi, orkest en dirigent geweldig. Enscenering scoort aanzienlijk lager bij mij. In het eerste werk, L’enfant prodigue, was er zo’n veelheid aan zaken die je aandacht vroegen, dat ik maar probeerde me te concentreren op de muziek. Er was het orkest, de dirigent, de solisten, een grootbeeld video vol pretentie, de boventiteling en dan ook nog 3 acteurs die met stil spel een scene uit De Avonden zaten uit te beelden, compleet met schilderijtjes, pantoffels en sanseveria. Het leek een soort contrapunt, de dramatische ontwikkeling van de verloren zoon in de muziek aan de ene kant en de treurige saaiheid van het modale gezin aan de andere. Nog wel een raar detail was dat de tenor die de zoon-rol zong er een jaar of 30 ouder uit zag dan de bariton die de vaderrol zong.
    Ik vond Cora Burggraaf een mooie rol neerzetten in La voix humaine. Ik heb geen referentie van andere, rauwere versies, en ik vond deze stylering wel mooi en overtuigend. De video leidde hier vooral af.
    Er lopen bij het Rotterdamse Philharmonisch geloof ik wat mensen rond die helemaal vallen voor het medium video, zo zagen we vorig jaar ook al bij de Fidelio van Gergjev.
    Heel mooi: het applaus. Ik hou erg van mooie applauzen als bekroning van de avond. Zeker bij het Poulenc-stuk werd dat een romantisch pas-de-deux voor dirigent Yannick en soliste Cora. Zulke goede kunstenaars gun je zo’n applaus.

  2. Leen Roetman
    6 juni 2010 at 01:10

    Het medium video is een relatief goedkoop middel om een opera te ‘ ensceneren’ .
    Mijn inziens gaat La Voix Humaine niet om rauwe emotie, maar om de schijn ophouden van beschaving. Cora Burggraaf deed dit voortreffelijk!

  3. Thilde Rol
    6 juni 2010 at 16:12

    In l’enfant prodique was het toneeltje overbodig, de video vond ik niet storend, best aardig erbij. Goed gezongen, goed orkest en dirigent. Het absolute hoogtepunt voor mij was La voix humaine, wat prachtig neergezet door Cora Burggraaf. Dit hoeft niet met rauwe emoties, maar het spelen met de wisselende emoties. Verdrietig, wanhopig, maar ook emotie bij “hem” neerleggend en daarmee spelend. Zo goed dit gezongen en gespeeld. De opname op het scherm was hier prachtig bij, je hoeft niet met een toneel-kijkertje de gezichtsuitdrukkingen te volgen. Ook hier een eenheid met de dirigent en het orkest. Een avond die positief bijblijft [i.t.t. Genoveva die slecht gezongen werd en waar ik zoveel van verwacht had]

  4. siebe riedstra
    7 juni 2010 at 02:34

    die foto…..dat is echt niet yannick, het is wel een soort jan, gianandrea noseda, ljkt me