FeaturedRecensies

Ron Howard verfilmt superster Pavarotti

Hij is in Amerika en Engeland al een paar maanden uit, maar vanaf 3 oktober ook in Nederlandse bioscopen te zien: Pavarotti. In de documentaire zoomt regisseur Ron Howard in op de mens en de superster Luciano Pavarotti. De operazanger komt minder in beeld.

De openingsscène van Pavarotti is prachtig. De legendarische zanger trekt met een keine entourage door het Amazonegebied in Brazilië, op weg naar het theater van Manaus, waar Caruso ooit op de bühne stond. Pavarotti plaatst zich op de plek waar zijn fameuze voorganger stond, opent zijn mond en laat met een Napolitaanse melodie horen waar hij zijn welhaast goddelijke status aan te danken had.

Ik kan eindeloos luisteren naar Pavarotti’s stem. Er zit wellicht wat minder nuance en karakter in dan in de tenor van zijn collega-legende Plácido Domingo, maar zijn techniek is feilloos. Zijn legato is verrukkelijk en zijn hoge noten zitten zó lekker.

Die stem wordt aan het begin van Ron Howards film op vele wijzen bewierookt, maar zonder technisch echt de diepte in te gaan. Interessant is een interview uit het archief (Howard heeft veel bijzondere archiefbeelden weten te bemachtigen), waarin Pavarotti zijn stem zelf omschrijft als de “prima donna van mijn lichaam”, die hij met de grootste zorg behandelt.

Na dit hoofdstuk laat Howard zich vooral leiden door twee thema’s: Pavarotti’s persoonlijke leven – zijn bescheiden komaf, zijn familie, zijn liefdes – en Pavarotti’s groeiende faam. Veel aandacht gaat bijvoorbeeld uit naar de managers die hem buiten de operawereld groot maakten door hem eindeloos veel soloconcerten te laten geven, iets waar hij zich aan het begin van zijn carrière amper mee bezighield.

Naarmate Pavarotti’s beroemdheid groeide, werden de concerten steeds immenser en kwamen er ook artiesten uit andere muziekwerelden bij kijken. Ook daar staat Howard uitgebreid bij stil. Dat is geen onverdedigbare keuze, omdat Pavarotti zelf ook veel waarde hechtte aan die cross-overs, maar het laat de bijdrage van de tenor aan de operageschiedenis en de interpretatie van bekende tenorrollen onderbelicht. Voor een operaliefhebber jammer, vind ik. Het interesseert me bijvoorbeeld echt niet wat een inferieure zanger als Bono over de vocale kwaliteiten van Pavarotti te zeggen heeft.

De film is duidelijk bedoeld voor het mainstream publiek en laat Pavarotti vooral zien zoals de wereld hem gezien zal hebben, niet zoals de operawereld hem heeft beleefd. Howard kiest daarbij qua toon en benadering voor een (vrij kritiekloos) eerbetoon, zodat ook schaduwzijden als Pavarotti’s affaires en ontrouw tamelijk rooskleurig voor de dag komen.

Is de film aan te bevelen voor doorgewinterde operaliefhebbers? Ik denk het wel. Van fenomenen als Pavarotti kun je doorgaans niet genoeg horen, lezen en zien. De bijzondere beelden die Howard heeft verzameld, onder meer uit het familiearchief, laten je wat dat betreft aan je trekken komen. Verwacht alleen geen diepgravende operafilm.

Decca heeft bij de release van Pavarotti een speciaal album uitgebracht met alle muziek van Pavarotti die tijdens de film te horen is: Pavarotti – Music from the Motion Picture. Een mooie, aanvullende ode, waarin het wel enkel draait om het unieke instrument van de Italiaanse legende.

Vorig artikel

Van Broekhuizen toert: Bij twijfel hard zingen

Volgend artikel

Reisopera en Sonnevanck brengen Zwijnenstal

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.