AchtergrondBinnenkortHeadline

Interview Helena Rasker: Troparion in Delft

Helena Rasker zingt tijdens het Delft Chamber Music Festival (DCMF) Troparion, een ‘kameropera’ van Rob Zuidam in opdracht van het DCMF en het Holland Festival. De alt kwam zelf met het idee voor een voor haar stemtype geschreven werk. Place de l’Opera sprak haar tijdens de repetities.

Helena Rasker by Taco van der Werf
Helena Rasker: “Er worden zelden nieuwe stukken geschreven voor een altstem” (foto: Taco van der Werf).

“Even omschakelen”, zegt Helena Rasker als ze de repetitieruimte van het Delft Chamber Music Festival uitkomt. Ze heeft net met de musici ‘Erbarme dich’ van Bach gerepeteerd. Die aria staat gepland voor het eerste weekend van het festival, dat deze week wordt gehouden onder artistieke leiding van Liza Ferschtman.

Tijdens het laatste weekend, op zaterdag 3 augustus, zingt Helena Rasker het nieuwe werk Troparion van de Nederlandse componist Rob Zuidam, dat hij componeerde “op de stem van Helena en met Liza Ferschtman in gedachten”, zoals hij het zelf formuleert.

De Egyptische woestijn vormt het decor voor Troparion, dat zoveel betekent als ‘een veelvuldig herhaald vers’. In het werk weent een vrouw op een dode tak en besprenkelt deze met wijwater, in de hoop dat God er nieuw leven in zal blazen.

Altstem

“Het werk van Rob Zuidam kende ik al, zoals zijn opera’s Rage d’amours en Adam in Ballingschap uit 2009, waar ik zelf een rol in gezongen heb”, vertelt Rasker. “Ik vind zijn onderwerpkeuze interessant: ‘rare’, of laat ik zeggen ‘interessante’ vrouwen. En ik vind dat hij goed schrijft voor stem.”

“Het begon me een aantal jaren geleden op te vallen dat nieuwe stukken vooral voor hele hoge stemmen worden geschreven en maar zelden voor een altstem. Ik heb dat weleens aan  de componist Oliver Knussen gevraagd en die zij letterlijk: ‘Ik ken geen alten.’ ‘Raad eens wie er voor je staat?’ zei ik toen.”

“De alt in opera is vaak een oudere vrouw, een voedster bijvoorbeeld. Kleine rolletjes waarin je even iets kunt zeggen of uitdrukken. Er is wel ander alt- en mezzoachtig repertoire, maar dat biedt geen ruimte voor de specifieke eigenschappen van mijn stem. Ik heb Rob Zuidam met een open vraag gemaild: zou jij je kunnen voorstellen dat je voor mij een compositie maakt? Juist omdat hij fantastische dingen doet, heb ik mijn vraag zo open gesteld. Vervolgens ging hij aan het associëren en legde me geregeld teksten voor. ‘Moet je dit eens lezen’, zei hij dan en vervolgens zat ik thuis allerlei verhalen te lezen.”

“Rob is goed ingevoerd in de historie. Hij heeft een fascinatie voor Byzantijnse heiligenlevens. Dat raakte mijn interesse in vrouwen die bijvoorbeeld besloten in een klooster te gaan. Daar was een heel groot geestelijk leven, er gebeurde heel wat meer dan in de kerk zitten. Het waren ontwikkelde vrouwen die bijvoorbeeld wetenschap bedreven.”

“Of ik een componist goed moet kennen? Ik hoef alleen zijn muziek te kennen! Als je muziek maakt stap je samen in een andere wereld en daarin ben je sowieso vertrouwd. Vooraf heb ik de eigenschappen van mijn stem aan hem doorgegeven en hebben we de richting van het stuk bepaald. Ik wist dat wat hij zou maken goed bij mijn geluid zou passen. Tijdens het schrijven mailden we geregeld. Ik geloof dat er op maar één punt in het stuk van veertig minuten iets stond dat lastig te zingen was.”

“We hebben Troparion voor het eerst tijdens het Holland Festival uitgevoerd in een enscenering van Pierre Audi. Ik kreeg vooraf steeds fragmenten, soms alleen mijn partituur, zonder de andere instrumenten. In die periode, begin mei, was ik met Die Walküre bij De Nederlandse Opera bezig en kon ik tussendoor aan het werk met wat er af was.”

Oudgrieks

“De vrouw in Troparion heeft geen naam, maar de tekst vertelt wat er met haar gebeurt. Uit de muziek kan ik haar innerlijk leven invoelen. Die muziek vertelt me heel veel meer daarover en hoe de dingen tot haar komen. Ik hoef helemaal niet in mijn hoofd te bedenken hoe zij is, ik hoef me alleen over te geven aan wat de componist geschreven heeft. Zij vertelt gewoon wat haar overkwam, maar hoe zij zich voelde, dat zit in de muziek.”

“De tekst is heel belangrijk en de eerste ingang. Hij is in het Oudgrieks. Het is handig dat ik dat op school heb gehad en het schift kan lezen, dat scheelt alles. Ik lees van het Griekse schrift, maar ik moet íeder woord weten. Daarvoor diende een Grieks woordenboek waarmee ik alles heb uitgezocht. Op welk woord zit het gevoel, vroeg ik me dan af. Ieder woord is aan mijn hart verbonden.”

Componist Rob Zuidam schrijft goed voor stem, vindt Helena Rasker (foto: Karoly Effenberger).
Componist Rob Zuidam schrijft goed voor stem, vindt Helena Rasker (foto: Karoly Effenberger).

“De uitvoeringen tijdens het Holland Festival, op 18 en 19 juni, waren geënsceneerd door Pierre Audi. Tijdens het Delfste festival is die enscenering er niet. Hoe we het in de Van der Mandelezaal van Het Prinsenhof gaan zetten, moeten we nog bekijken, maar die wereld, die tak waarop de vrouw tranen van wijwater plengt in de hoop dat God er nieuw leven in zal blazen, die zit in mijn hoofd. Ik ga in elk geval het kostuum gebruiken uit de enscenering, zo benader ik de sfeer die er was.”

“Ik ga ervan uit dat het ook gaat werken zonder de enscenering, het is mijn vak om dat te realiseren voor het publiek. Het zou goed zijn als de bezoekers de tekst krijgen. Het is niet per se nodig, maar het helpt wel.”

“Vanmorgen heb ik weer op de partituur gestudeerd. Ik had het een maand niet gezongen sinds de première, maar ik hoef niet te gaan zoeken. Je hebt er zo lang en geconcentreerd aan gewerkt en dan is het ‘ingezonken’, net als regen die op een akkertje staat. Het is niet zozeer makkelijker, maar het heeft ergens van binnen liggen sudderen, is organischer geworden.”

Spiritueel

“Moet je spiritueel zijn om deze muziek te zingen? Over die vraag heb ik nagedacht. Als je als zangeres bijvoorbeeld de Matthäus Passion gaat zingen, moet je je ook tot de inhoud verhouden. Geloof is een thema dat in alle kunstuitingen voorkomt. De eerste ‘ingang’ bij bijvoorbeeld de Matthäus is het menselijke. Je kunt wat ik net gerepeteerd heb, ‘Erbarme dich’, ook begrijpen als je niet in God gelooft.”

“Ik ben me wel bewust geworden van de emotionaliteit van bijvoorbeeld de Matthäus Passion en daar komt toch iets spiritueels bij. Ik ben helemaal niet zweverig, maar wel geïnteresseerd in filosofie, in mensen, neig op spiritueel gebied naar het oosterse.”

“In het geval van de vrouw die ik zing in Troparion heb ik nog meer voeling met haar enorme toewijding. Ze zegt dat ze de tak wil laten bloeien om daarmee de anderen, de mensen om zich heen te voeden. Dat vind ik ontzettend mooi. Het is in die zin een metafoor voor mijn werk als zangeres. Ik ervaar dat als musicus ook zo. Als ik zing komt de muziek door mij heen, om naar de mensen te gaan en daar iets aan te raken.”

Helena Rasker zingt Troparion op zaterdag 3 augustus om 20.15 uur tijdens het Delft Chamber Music Festival begeleid door Liza Ferschtman en Asko|Schönberg.

Vorig artikel

Zoete zomerserie: Paganini

Volgend artikel

Operaworkshops in Schiedam

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

1 Reactie

  1. 2 augustus 2013 at 21:35

    Mooi interview!