Achtergrond

Cornet en Strobos: een jaar zingen in Essen

Voor twee Nederlandse zangers, mezzosopraan Karin Strobos en bariton Martijn Cornet, begon vorig jaar een tweejarig engagement bij het Aalto-Musiktheater in Essen. Vorig jaar juni sprak Place de l’Opera met de twee over hun stap naar Duitsland. Afgelopen weekend keken we met beiden terug op hun eerste jaar.

(Foto Karin Strobos: Keke Keukelaar)
(Foto Martijn Cornet: Sarah Wijzenbeek / Foto Karin Strobos: Keke Keukelaar)

Voor Karin Strobos was haar optreden als Charlotte in Werther een hoogtepunt in het afgelopen seizoen. Ze kwam door andere verplichtingen pas na de première bij de cast. “Ik zat midden in een serie voorstellingen van Ariadne auf Naxos en Le nozze di Figaro kwam er aan. Op momenten dacht ik: dit kan helemaal niet, een Nozze in één week, een Ariadne in dezelfde periode en dan ook nog Charlotte.”

Ze kon precies een week repeteren met alleen de regieassistent en een pianiste. “Een repetitie met het orkest zat er niet eens in”, vertelt ze. “Maar het ging!” zegt ze met een brede glimlach. “Daarna dacht ik even: als dit lukt, dan kan ik alles aan. Maar die gedachte verdwijnt weer na een paar dagen.”

Martijn Cornet noemt zijn debuut als graaf Almaviva in Le nozze di Figaro als meest gedenkwaardig. Die rol stond al jaren op zijn verlanglijstje en in Essen kreeg hij de kans de graaf te zingen. “Ik herinner me dat ik bij de première – waarbij ook mijn familie en enkele vrienden aanwezig waren – met mijn mantel achter de deur bleef haken. En jawel, de tweede keer gebeurde dat weer. Bij de derde voorstelling heb ik de mantel maar iets voor dat moment uitgedaan.”

Cornet zong afgelopen winter voor het eerst in Ariadne auf Naxos van Richard Strauss. “Die muziek van Strauss pakte me echt”, zegt hij, waarna hij vertelt hoe de rol van Harlekin hem zelfs naar Dresden bracht. Kort na de eerste uitvoering in Essen werd hij gevraagd in te vallen in de Semperoper. “Ik kon door mijn schema hier in Essen maar voor één avond de rol overnemen, maar het was een hele ervaring. Wat een theater en wat een akoustiek hebben ze daar!”

Brullen

Voor beiden was de samenwerking met intendant Hein Mulders heel belangrijk. Mulders werkte eerder bij De Nationale Opera en werd vorig jaar intendant in Essen. Karin Strobos roemt zijn deskundigheid in het casten, in het vinden van de juiste stemmen bij een rol. “Hein heeft erg veel verstand van gezond zingen, van techniek. Hij gaat niet alleen voor een grote stem, maar vooral voor technisch goed zingen. Hij daagt je uit, maar zal je niet neerzetten in een rol die je niet aankunt.”

“Hein gaat voor schoonheid en niet voor brullen”, vult Martijn Cornet aan. “Het gaat hem om musiceren, hij is helemaal niet op zoek naar diva’s. Dat merk je ook hier in het ensemble.”

Strobos merkte dat Mulders verantwoordelijk is voor de open, vertrouwde sfeer in het theater, waarin het makkelijk communiceren is. “Hij heeft ons beiden in het diepe laten springen en begeleidde dat zorgvuldig. Dat we de gesprekken met hem in het Nederlands kunnen voeren is daarbij erg prettig.”

Strauss 2.0

In het komende seizoen staan voor beide zangers roldebuten op het programma. Martijn Cornet zingt in Die schweigsame Frau, aan het einde van het seizoen. “Dat is in mijn ogen de moeilijkste opera van Strauss. Ik zing de rol van de kapper, bij wie iedereen langskomt en zijn verhaal doet. Met Guy Joosten, de regisseur, heb ik al even gesproken en ik kan alleen maar zeggen dat het heel erg cool gaat worden. Maar je gaat wel naar Strauss 2.0. Het is geen Mozart. De muziek is niet meteen mee te zingen. Je moet als publiek ook beter voorbereid luisteren naar zo’n werk.”

Karin Strobos debuteert in Idomeneo van Mozart. “De partij van Idamante is heel uitdagend en nieuw, maar eigenlijk is alles wat ik hier doe zo ongeveer nieuw. En ik sta ook in Manon Lescaut. Maar dat is één bladzijde, daar maak ik me geen zorgen over.”

Een rol in Rusalka, in een productie die Lotte de Beer komend jaar in Essen zal regisseren, verviel voor Karin Strobos. Zij staat dan bij Opera Zuid in La Cenerentola, ook al een debuut. “Ik besprak dat aanbod met Hein Mulders en die zei: ‘Als je Cenerentola kunt zingen en hier gepland staat voor een rol als Küchenjunge in Rusalka, dan is de keus duidelijk.’ Er wordt hier echt met me meegedacht.”

Martijn is het komende seizoen volop aan de bak bij het Aalto-Musiktheater, op wat concertoptredens na. “Ik ga me echt op die rol van Strauss storten en ook aan Ping in Turandot is nog flink wat werk. En later in het seizoen Rusalka dus. Daar had ik me enorm in vergist. Ik dacht even dat ik ‘der Jäger’ was, maar ik ben ‘der Heger’. Die partij is vijftien keer groter. En dan moet ik ook nog op het Tsjechisch gaan studeren.”

Opgegeten

Werken in Essen heeft ook minder leuke kanten. Het is niet echt een mooie stad, vinden de twee, al kan het in de regio nog wel erger. “Een paar plekken zijn best leuk, zoals de Rückenseiderstrasse en het Gruga Park”, zegt Strobos.

Voor beiden draait het allemaal om het werk in het Aalto-Theater. “Als ik hier ben, gebruik ik mijn tijd graag goed”, vertelt Karin. “Ik heb het gek genoeg nog nooit zo druk gehad maar ook nog nooit zo relaxed gewerkt. Een vast theater werkt heel overzichtelijk.”

“Het ligt heel erg aan je schema en de afwisseling van lichte of zware rollen”, concludeert Cornet. “Dat bepaalt of je makkelijk even terug kunt naar Amsterdam, waar ik me als ik er weer ben toch wel heel erg thuisvoel. Al is het deze weken, nu we in Don Giovanni ook nog Judith van Wanroij als collega erbij hebben, wel zeer gezellig hier. Op kantoor spreken ze al van de ‘Holländische maffia’.”

Was het de stap van Amsterdam naar Essen waard, is de slotvraag. Karin Strobos weet zeker van wel. “Ik kan me voorstellen dat ik hier niet meteen weer weg ben, als het aan mij ligt. Ik heb vroeger altijd gezegd dat ik nooit vast in Duitsland zou willen werken, maar het heeft echt veel voordelen.”

Martin Cornet zegt, terugkijkend op zijn eerste jaar in Essen: “Mijn stem ontwikkelt zich en het mooie is: er is alle ruimte voor. We moeten hier keihard werken, maar we worden niet opgegeten door het theater.”

Karin Strobos is de komende weken nog te zien in Jenufa (19/6) en Madama Butterfly (27/6, 29/6, 6/7). Beide Nederlandse zangers staan in Carmen (25/6) en in Don Giovanni (20/6, 28/6). Zie voor meer informatie de website van het Aalto-Musiktheater.

Vorig artikel

Belvedere Competition kiest Düsseldorf

Volgend artikel

Kozelj valt in tijdens Hofvijverconcert

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

1 Reactie

  1. 22 juni 2014 at 19:22

    Geweldig hoor!
    Karin en Martijn mogen hun handen dichtknijpen met Hein Mulders in Essen, in veel operahuizen wordt niet (meer) zo met de jonge zangers mee gedacht.
    Koesteren!!