Binnenkort

Tcherniakov regisseert sprookje bij DNO

Regisseur Dmitri Tcherniakov zet vanaf woensdag 8 februari een nieuwe productie van De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja op het toneel van De Nederlandse Opera. Chef Marc Albrecht dirigeert de opera van Rimski-Korsakov.

De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja heeft een bijzonder lange titel en een stuk kortere speelhistorie. Het werk ging in 1907 in wereldpremière in het Mariinsky Theater in Sint Petersburg en was een jaar later in het Bolsjoi in Moskou te zien. Daarna duurde het tot 1926 voordat een niet-Russisch huis het werk opmerkte en ook daarna werd het slechts zeer spaarzaam opgevoerd.

De Nederlandse Opera (DNO) zet Nikolaj Rimski-Korsakovs opera in februari weer in de belangstelling met een nieuwe productie in een regie van Dmitri Tcherniakov en onder muzikale leiding van chef-dirigent Marc Albrecht.

Tcherniakov is voor het eerst te gast bij DNO. Hij regisseerde eerder opera’s bij onder meer het Bolsjoi Theater, het Mariisnky Theater, de Staatsoper Berlin, de Scala, de Opéra National de Paris en het Festival d’Aix-en-Provence. Tcherniakov verzorgt ook het decor en, samen met Elena Zaytseva, de kostuums.

Rimski-Korsakovs opera, kortweg Kitesj, is een fantasievol sprookje over het boerenmeisje Fevronja, dat de stad Kitesj onzichtbaar maakt om hem zo te beschermen tegen een inval van de Tataren. Ze verliest tijdens het avontuur haar geliefde, de prins Vsevolod, maar wordt later met hem herenigd als ze de onzichtbare stad binnengaat, waar haar eeuwig leven te wachten staat.

De rol van Fevronja wordt bij DNO gezongen door de jonge Russische sopraan Svetlana Ignatovich. Zij was in 2010 zangeres van het jaar in de categorie nieuwe stemmen bij het magazine Opernwelt.

Haar prins Vsevolod wordt vertolkt door Maxim Aksenov – net als Ignatovich jong, Russisch en debuterend bij DNO. Zijn vader, prins Joeri, wordt gezongen door Vladimir Vaneev, die invalt voor Robert Holl.

Andere vertolkingen zijn er van onder andere John Daszak (de dronkenlap Grisjka), bas Ante Jerkunica (Bedjaj) en Vladimir Ognovenko (Boeroendai).

De productie is een samenwerking van DNO met het Gran Teatre del Liceu uit Barcelona en het Teatro alla Scala uit Milaan. De opera gaat op 8 februari in première in Het Muziektheater en is daarna tot en met 1 maart nog zeven keer te zien.

Zie voor meer informatie de website van De Nederlandse Opera.

Hieronder de ‘making of Kitesj’:

Vorig artikel

Studenten geven Lully-opera fraai klank

Volgend artikel

Teatre del Liceu annuleert 27 voorstellingen

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

2Reacties

  1. Leendert
    3 februari 2012 at 14:26

    Bijzonder mooi werk, blij dat dit onder het stof vandaan wordt gehaald. Herinner me nog levendig de concertante uitvoering in de zaterdagmatinee in 1993, met o.a. Gergiev en Gorchakova. Hoop dat dit weer net zo memorabel wordt (kan denk ik niet missen met Albrecht).

  2. Leen Roetman
    4 februari 2012 at 21:10

    In 1996 geënsceneerd opgevoerd door het Mariinsky theater in de Rotterdamse Schouwburg tijdens het eerste Gergiev Festival. Ik herinner me de prachtige muziek, de fraaie kostuums, en de statische, ouderwetse enscenering.