FeaturedOperarecensie

Only the Sound Remains: hemels én aards

Een hemelse opera: dat is het eerste wat je leest op de website van De Nationale Opera bij het zoeken naar Only the Sound Remains. De double bill van componiste Kaija Saariaho en regisseur Peter Sellars bewees dinsdag inderdaad hemels te zijn. Maar tegelijk ook aards.

Scène uit Only the Sound Remains, met Davone Tines, Philippe Jaroussky en Nora Kimball-Mentzos. (© Ruth Walz)
Scène uit Only the Sound Remains, met Davone Tines, Philippe Jaroussky en Nora Kimball-Mentzos. (© Ruth Walz)

Only the Sound Remains ging vorige week dinsdag in première in het kader van het Opera Forward Festival. Ik hoorde tot nu toe dat de opera te lang was, de spanning niet kon vasthouden en wel erg veel concentratie vroeg van het publiek. Third time’s a charm? Zou kunnen, want dinsdagavond was de derde voorstelling en ondanks een wat lang eerste deel, was ik enthousiast.

De voorstelling was in mijn ogen wel degelijk spannend, misschien zelfs een beetje eng. Magisch ook en bovendien waanzinnig goed uitgevoerd. Wat een spel en wat een stemmen! De stem van Philippe Jaroussky (Geest van de jongeman/Engel) was zo helder als je van een engel zou verwachten. En dan de kantele, bespeeld door Eija Kankaanranta: ik zou zweren dat ik de muziek soms bijna zag. Zelden werd ik meer verrast door een onbekend instrument.

Het ensemble (het Dudok Kwartet met aanvullingen) werd fysiek bij de bewegingen van Davone Tines (Monnik/Visser). En er werd wel meer fysiek in de voorstelling: de scène waarin geest en lichaam één werden, was ronduit erotisch. Liepen er daarom mensen de zaal uit? Ik vond de scène niet storend. Wel lang.

Scène uit Only the Sound Remains.  (© Ruth Walz)
Scène uit Only the Sound Remains. (© Ruth Walz)

Only the Sound Remains bevat etherische muziek, waar hard werken aan voorafging, zoals Kaija Saariaho zelf zegt. De noten kwamen niet aanwaaien en er kwamen geen halve partituren van boven neerdalen. Het was zwoegen. Zwaar werk, waar iets lichts uit is ontstaan. Dat contrast lijkt in de hele opera door te werken.

De scenografie van Julie Mehretu toont een groot vierkant doek, beschilderd en bewerkt met acrylverf, potlood, pen en inkt. Het verbeeldt de dunne scheiding tussen de wereld van de levenden en de doden. Afhankelijk van het licht (James F. Ingalls) kijk je er wel of niet doorheen. De kostuums (Robby Duiveman) zijn complementair: de praktische, donkere, stugge kleding van de visser contrasteert fraai met de witte, doorschijnende, hemelse kleding van de engel (danseres Nora Kimball-Mentzos).

Waar de contrastwerking tussen licht en zwaar, hemels en aards het allermooist tot uiting komt, is aan het einde van de opera, als de doeken één voor één opgaan en het volledige toneel van De Nationale Opera wordt ingezet als één grote, lege ruimte. Dat gebeurt zelden.

Ik raad u aan zelf te gaan kijken naar Only the Sound Remains: een opera die niet alleen hemels is, maar ook aards.

Only the Sound Remains is nog te zien op 24, 27 en 29 maart. Zie voor meer informatie de website van De Nationale Opera. Lees ook het interview met Kaija Saariaho dat Place de l’Opera vorige week plaatste.

Vorig artikel

Komische Oper speelt Der Vampyr vol vaart

Volgend artikel

Blank Out: schets voor een 3D-opera

De auteur

Kenza Koutchoukali

Kenza Koutchoukali

4Reacties

  1. kersten
    29 maart 2016 at 10:33

    Aangename, volgens mijn oren perfect uitgevoerde klankbeelden. Ook visueel fraai. Deed me denken aan Tan Duns `Tea`: even esthetisch maar al evenmin meteen mijn cup of tea want emotioneel laat zoiets mij als operaliefhebber in de kou staan. Toch rechtvaardigen dergelijke werken voor mij reis en prijs meer dan bv. Andriessens Writing to Vermeer!
    Gehoord de reacties zaten er gelukkig nog heel wat Kenza Koutchoukalis in de zaal.

  2. Kees-Christiaan
    29 maart 2016 at 16:30

    Een pracht productie die ik als gelukkige operaliefhebber twee keer heb mogen zien en horen. Het zal even omschakelen zijn, zaterdagavond, van deze ingetogen schoonheid naar de overacting van Roberto Alagna als Pinkerton bij de Met-cinema. Hij zingt prachtig maar zijn gekwelde blik (meestal ook nog in close-up!)komt me eerlijk gezegd de strot uit. Af en toe maar even de ogen dicht doen. Op Kristine Opolais als Cio Cio-San daarentegen verheug ik me zeer. Ik heb haar 1 keer eerder madame Butterfly horen zingen. Het was geweldig.

  3. Rudolph Duppen
    30 maart 2016 at 11:15

    Gisterenavond de laatste voorstelling gezien van Only the Sound Remains. In een redelijk bezette zaal heb ik genoten van deze voorstelling.De muziek was bij vlagen hypnotiserend en bedwelmend en de beelden betoverend. Peter Sellars had zijn eigen draai aan de twee Nôh spelen gegeven door het thema van verlies en rouwverwerking te benadrukken.Componisten hebben vaker Nôh spelen gebruikt als uitgangspunt voor hun opera’s. Britten’s Curlew River is een prachtig voorbeeld. Net als Britten schrijft Saariaho beeldende watermuziek en ook het thema is vergelijkbaar.Hoewel de twee opera’s van Saariaho qua thema niet mimetisch zijn is de muziek dat vaak wel. Is er sprake van het nederdalen van een engel van het zwerk naar de aarde dan hoor je een dalende toonladder.Is er sprake van vogels dan hoor je vogelgeluiden. Over de watermuziek heb ik het al eerder gehad.

    Deze opera’s waren onderdeel van het Opera Foreward Festival. Ik vraag me af of dit de weg vooruit is. Vooropgesteld dat je in progressie in kunst geloofd.De opera’s zijn niet mimetisch en gecomponeerd voor een publiek dat in toenemende mate symbool blind is en door het gebruik van de computer alles steeds letterlijker neemt. Mijn gesprekken in de pauze bevestigden deze indruk alleen maar.

    De opera’s werden door het publiek enthousiast onthaald en ook de Finse componiste die de hele avond achter me had gezeten dankte voor het applaus.

  4. Rudolph Duppen
    30 maart 2016 at 12:44

    Sorry. Opera Forward.