BuitenlandOperarecensie

Volksoper zet oude operettefilm op toneel

De eerste grote operettefilm, Der Kongress tanzt van componist Werner Richard Heymann, verscheen in 1931 in de bioscopen. Nu is het stuk in een bewerking bij de Volksoper Wien te zien. Is dat de juiste plek? Werkt een muziekfilm ook in een operahuis?

Scène uit Der Kongress tanzt. (© Barbara Pálffy / Volksoper Wien)
Scène uit Der Kongress tanzt. (© Barbara Pálffy / Volksoper Wien)

Robert Meyer regisseert de voorstelling bij de Volksoper. En dat niet alleen, hij treedt ook op als Fürst Metternich. Meyer kiest voor een eigenzinnig regieconcept. Hij laat de scènes door middel van een draaitoneel voorbijkomen; net als in een film, maar met het verschil dat je in een film veel sneller kunt schakelen dan op het toneel. Dat maakt de enscenering bij tijd en wijle wat langdradig.

De personages worden zeer overtrokken neergezet, wat echter goed functioneert en het verhaal verre houdt van sentimentele nostalgie. We worden meegevoerd in een groteske wereld, al is de grens tussen grotesk en slapstick soms erg dun en kantelt het geheel af en toe die laatste kant op.

Der Kongress tanzt draait om het Congres van Wenen in 1815. Prachtig worden de verzamelde gekroonde hoofden gepresenteerd: uiterlijk én innerlijk vertegenwoordigen ze hun landen met al hun eigenaardigheden. Zo is daar Franz Suhrada als de Poolse afgezant, die door de andere deelnemers telkens ‘gedeeld’ wordt. En we zien Marco di Sepia als de ijdele intrigant Talleyrand, Axel Herring als de heerlijk in het Saksisch pratende koning August, Bernd Birkhan als een overtuigende General von Piefke en Gernot Kranner als de Zwitser. In een zeer geslaagde scène veranderen de gezanten in een soort ‘boygroup’ à la de Comedian Harmonists.

Boris Eder en Anita Götz in Der Kongress tanzt. (© Barbara Pálffy / Volksoper Wien)
Boris Eder en Anita Götz in Der Kongress tanzt. (© Barbara Pálffy / Volksoper Wien)

Wolfgang Gratschmeier springt eruit als Wellington, met zijn buitenproportionele Vikinghelm. In de glanzende dansscènes toont hij zijn veelzijdige talent.

De hoofdrollen zijn weggelegd voor de handschoenenverkoopster Christel en tsaar Alexander, tussen wie een fraaie romance opbloeit. Anita Götz heeft als Christel alles in huis wat je van zo’n pittige Weense meid mag verwachten: een scherpe tong, geen schaamte en grote romantische verwachtingen. Vocaal past Götz perfect in het stemvak van de soubrette en de grote schlager ‘Das gibt’s nur einmal, das kommt nie wieder’ interpreteert ze prachtig.

Boris Eder overtuigt in de dubbelrol van de avontuurlijke tsaar Alexander en zijn domme, kortzichtige dubbelganger Uralsky. Vocaal en theatraal domineert hij het toneel. Hij wisselt razendsnel tussen zijn beide identiteiten, waarbij het publiek toch telkens weet in welke rol hij zit.

Het Volksoper-orkest wordt door Christian Kolonovits geleid, die tevens voor het swingende, zeer geslaagde arrangement verantwoordelijk is.

Een operettefilm op het operatoneel? Wat mij betreft: ja!

Zie voor meer informatie de website van de Volksoper Wien.

Vorig artikel

Seizoen Concertgebouw 2016/2017

Volgend artikel

Seizoen NTR ZaterdagMatinee 2016/2017

De auteur

Marie-Theres Arnbom

Marie-Theres Arnbom