FeaturedGeen categorieOperarecensieRecensies

Placido Domingo geeft spetterend concert

Het is niet vaak voorgekomen dat Plácido Domingo de Benelux heeft aangedaan in zijn omvangrijke carrière. In Nederland zong hij als tenor welgeteld drie keer: de eerste keer als Ernani in het begin van zijn carrière in 1972 in de VARA-matinee (thans de NTR Zaterdag Matinee), een operaconcert in het Koninklijk Concertgebouw in 1990 en eenmalig in de Ziggo Dome in 2013. Het concert in de Ziggo Dome werd overigens slecht verkocht: zwaar gereduceerde kaarten werden toen verhandeld via een ticket veiling website. België had hij eveneens slechts twee keer eerder aangedaan. Zijn laatste complete opera studio opname van Fedora van Giordano in 2008 was ook in België.

Plácido Domingo op het toneel van de Opera van Luik Foto: © ORW-Liège – J. Berger.

Na een glansrijke carrière als tenor is hij inmiddels, zoals bij velen wel bekend, overgestapt naar het repertoire van de bariton. In interviews in het verleden gaf hij altijd te kennen dat hij zijn carrière af wilde sluiten met de vertolking van Simon Boccanegra van Giuseppe Verdi, één van de vele prachtige baritonrollen die de Italiaanse grootmeester had gecreëerd. Die rol zong hij voor het eerst in 2009 en in mei dit jaar vooralsnog voor het laatst. Dat hij na Simon Boccanegra nog vele andere baritonrollen op zijn repertoire zou nemen, was echter niet vooraf bedacht.

Op leeftijd

Met zijn 81 jaar (er zijn geruchten dat hij nog minstens vier jaar ouder is) en meer dan honderdvijftig rollen gezongen hebbend, mag deze zanger met recht een fenomeen genoemd worden. Er zijn er maar weinig die op die leeftijd nog op de grootste podia van de wereld staan. Lucien Fugère en Hugues Cuénod, onder anderen, gingen hem voor. En natuurlijk ons Nederlandse fenomeen, de niet onomstreden Johan Heersters die op 107-jarige leeftijd nog voor publiek zong. Of Domingo dat gaat halen, valt nog te bezien, maar wat hij in Luik heeft gepresteerd geeft een aardige indicatie dat hij het zou kunnen nastreven.

Vermits zijn gezondheid het toelaat uiteraard, want de zanger heeft reeds darmkanker overwonnen, zijn galblaas moeten laten verwijderen en daar bovenop was hij één van de eerste wereldsterren die Covid overwon. Los van de gezondheidsperikelen is Domingo ook behoorlijk gehavend door ‘MeToo affaires’ die, ondanks dat ze (nog) niet tot rechtszaken hebben geleid, er wel voor hebben gezorgd dat hij niet overal meer welkom is om op te treden. Dat al heeft de Opera van Luik zich er niet van laten weerhouden Domingo te engageren voor een spetterend en royaal operaconcert, waar ze bij de NTR Zaterdag Matinee nog van kunnen leren (zie artikel Lise Davidsen).

Orkest van de Royal Opéra Wallonie de Liège o.l.v. chef/dirigent Giampaolo Bisanti. foto:© ORW-Liège – J. Berger.

Net als dat concert trapte ook dit concert af met de ouverture van Les Vêpres Siciliennes, of, zoals vermeld in het programma, I Vespri siciliani,  een spetterende ouverture, zoals Verdi die kon schrijven. De overenthousiaste nieuwe chef van de Opéra Royal Wallonie Liege, Gaimpaolo Bisanti, stond op de bok. Hij dirigeerde al springend en dansend een strakke opening en zette daarmee de toon voor de rest van de avond.

Wereldster

Daaropvolgend kwam de Spaanse wereldster, die zichtbaar ook motorisch wat ouder is geworden, ten tonele. Zijn komst werd reeds begroet met luid gejuich.

Plácido Domingo met leden van het orkest van de Opera in Luik.Foto: © ORW-Liège – J. Berger.

Hij zette zijn partij op de lessenaar en nam zijn welkomstapplaus in ontvangst met een brede glimlach. Domingo startte met de bariton-aria “Nemico della patria” uit de opera Andrea Chénier van Giordano. De aria is een goede binnenkomer voor Domingo. Zijn stem klinkt misschien wat versleten, vooral in het middenregister, maar de bovenkant (bariton-bovenkant) klinkt nog als een klok. Maar Domingo, hoewel ooit als bariton zijn carrière begonnen, heeft eigenlijk nooit een bariton-stem gehad en ook nu nog klinkt zijn stem eigenlijk meer als een tenor dan een bariton. Maar dat neemt niet weg dat Domingo een waar musicus en performer is.

Zichtbaar gemak

De volgende aria die hij zong, “Pietà, rispetto, amore” (inclusief recitatief) uit Macbeth van Verdi, heeft hij inmiddels al zo vaak gezongen in complete voorstellingen van die opera, dat hij die zichtbaar met gemak vertolkte. Wat ik des te verrassender vond was dat hij wel continu naar zijn lessenaar tuurde. Later bleek dat in zijn boek enkel de teksten stonden van de stukken die hij zong. Kennelijk is het onthouden van de tekst op zijn leeftijd een uitdaging.

Plácido Domingo, dirigent Giampaolo Bisanti en leden van het orkest van de Opera van Luik. Foto:© ORW-Liège – J. Berger.

Het eerste deel sloot Domingo af met een duet met de romig klinkende sopraan Jennifer Rowley, die daarvoor zich reeds van haar beste kant had laten horen in een mooi uitgesponnen “Io son l’umile ancella” uit Adriana Lecouvreur van Cilea en een goed gedoseerde dramatische interpretatie van “Pace, pace mio Dio” uit La Forza del Destino van Verdi.

Sopraan Jennifer Rowley. Foto:© ORW-Liège – J. Berger.

Als duet hadden de sterren Il Trovatore verkozen; het duet waarin Leonora zich laat onderwerpen aan de grillen van il Conte di Luna. Het lange duet bood een mooie gelegenheid om te zien in hoeverre Domingo nog mee kon naast de jonge sopraan. En eerlijk gezegd: hij stond zeer zeker zijn mannetje, hoewel hij echt niet kan verbloemen dat hij niet meer tot de jongsten onder ons behoort.

Zarzuela

Na de pauze werd het publiek getrakteerd op een Zarzuelafeestje. Dit repertoire kent Domingo natuurlijk van haver tot gort en dat was te merken. Tijdens zijn twee aria’s bewoog hij wat vrijer op het podium en zong hij in het eerste nummer ook een stuk naast de celliste die dezelfde melodielijn ten gehore bracht. Beide duetten brachten bijna de oude (tenor)ster weer boven. Niet zo verwonderlijk, want beide Zarzuelas had hij opgenomen in dezelfde rollen (in Luisa Fernanda van Torroba en El Gato montés van Panella).

Plácido Domingo en Jennifer Rowley. Foto:© ORW-Liège – J. Berger.

Bij het laatste duet mompelde de dirigent vreemd maar luid genoeg al vragend of dit ‘l’ultima’ – ‘de laatste’ zou worden. Het publiek jouwde dat dat niet de bedoeling was waarop Domingo door met zijn vingers rondjes te draaien aangaf dat er nog een vervolg aan zat te komen. Waarom ze dit zo deden was mij niet geheel duidelijk. Wellicht waren ze bang dat het publiek niet hard genoeg klappen zou? Het publiek klapte echter voldoende enthousiast na het slotduet, waarop de toegiften konden volgen.

Een flink getransponeerde versie van  “No puede ser” (uit La tabernera del puerto van Sorozábal) beet de spits af. Dit nummer heeft Domingo zijn hele carrière gezongen en dat kun je wel horen. Deze muziek is met hem verbonden als geen ander. Hij zong het in Amsterdam in 1990, tijdens het drie tenoren concert in 1990 en nu ontbrak het nummer evenmin. Ook wat toontjes lager klonk het als een klok.

‘Lippen Schweigen’ walsje met Plácido Domingo en Jennifer Rowley.Foto: © ORW-Liège – J. Berger.

Daarop volgde het kaskraker-duet “Lippen schweigen” uit Die lustige Witwe van Lehár, waarin Domingo zelfs nog een paar danspassen ten beste gaf met zijn sopraan van de avond.

Dit bracht het publiek haast nog meer in extase dan na de eerste toegift. Vervolgens mocht Rowley nog het plat gespeelde “O mio babbino caro” (uit Gianni Schicchi van Puccini) zingen. Gek genoeg was dit de minst passende bijdrage van de avond naar mijn idee. Haar goede, wollige sopraan is niet echt geschikt voor deze aria naar mijn smaak, maar wellicht kwam het door het uiterst traag gekozen tempo.

Voldaan

Tot slot zong uiteraard de in Mexico opgegroeide Spaanse zanger om wie de avond draaide, nog het overbekende lied “Granada” van de Mexicaan Agustín Lara. Ook hier liet Domingo horen dat zijn stem in de hoogte nog klinkt als een klok, ondanks zijn gehavende middenstem. De zanger zwaaide naar het publiek als teken dat het nu gedaan was, het orkest wat beduusd achterlatend – kennelijk waren er nog meer toegiften voorbereid. Maar de zanger was moe gestreden en voldaan. Het publiek heeft een intrigerend concert mogen bijwonen van een zanger uit een andere tijd, die bij vlagen nog klonk als de ster van weleer.

Slotapplaus met Plácido Domingo, Jennifer Rowley, dirigent Giampaolo Bisanti en leden van het orkest van de Opera van Luik. Foto: © Lennaert van Anken.

 

Verder lezen, luisteren en kijken.

In 2011 maakte Basia Jaworski deze ode aan de toen 70-jarige Plácido Domingo.

Sopraan Jennifer Rowley had de eer in de allerlaatste serie voorstellingen van de legendarische La Bohème productie van John Copley te zingen.

Giampaolo Bisanti dirigeerde een harstochtelijke Fedora in de Zaterdag Matinee in 2021.

En toch maar een keer ter herinnering, ‘No puede ser’, gezongen in de originele hoge ligging, door Plácido Domingo in Rome in 1990 in het legendarische Drie tenoren concert.

 

Vorig artikel

Abramovic overschat zich als Callas

Volgend artikel

Requiem Joey Roukens ontroert en verbaast

De auteur

Lennaert van Anken

Lennaert van Anken