BuitenlandFeaturedOperarecensie

Wiener Blut wijst de weg naar de toekomst

Wat een avond, wat een show! Het kleine theater Bronski & Grünberg levert in de schaduw van de grote operettetonelen in Wenen een glansprestatie met zijn productie van Wiener Blut. Opeens wordt operette weer actueel, relevant, trashy – simpelweg grandioos.

Het bonte gezelschap van Wiener Blut. (© Theater Bronski & Grünberg)

De doorgaans stoffig uitgevoerde Strauss-operette Wiener Blut wordt bij Bronski & Grünberg verplaatst naar het Wiener Prater (een groot park in Wenen). Heerlijke lantefanters in trashy jarentachtigoutfits met geweldige pruiken en kostuums spelen, begeleid door disco-synthesizermuziek, hun spel vol verwarringen en verwikkelingen. De verplaatsing in tijd brengt het verhaal dicht bij ons leven. De muziek en films uit de jaren tachtig wekken de boel tot leven en tonen hoe actueel het verhaal nog altijd is.

Ruth Brauer-Kvam tekent voor een grandioze regie. Zelden heb ik een hedendaagse enscenering gezien die zo precies en perfect uitgewerkt is. Tot in de kleinste details klopt het. Prachtige types staan op het toneel. Ze bewegen zich op een typische discomanier en onderhouden zich in heerlijk Weens jargon, als tegenhanger van het Saksische dialect. Wat een genot!

De graaf (Johannes Huth) is een heerlijke zwakkeling. Zijn bediende Josef (Florian Carove) maakt indruk met zijn matje en met grootse ‘Wiener Schmäh’ (Weense humor). Ook de dames laten zich duidelijk gelden. Salka Weber probeert als gravin elegant te zijn, maar kan haar afkomst niet verbergen. Haar tegenspeelster Franzi is een Weens meiske, vlot en niet op haar mond gevallen. Julia Edtmeier speelt de rol met zichtbaar veel plezier.

De meest doldrieste van allen is de Probiermamsell Pepi van Caroline Frank. Zeer zelfverzekerd en met heerlijke humor neemt ze het publiek mee. In de pauze van een bal neemt ze iedereen mee naar een bar, waar het spel vrolijk verdergaat. Erg grappig.

Tania Golden levert als draaimolenbezitster Kagler een geweldige prestatie. Ze zingt op de manier van een Prater-omroeper, geïnspireerd door veel wijn. Nele Neugebauer probeert zich als minister in onverstaanbaar Saksisch te onderhouden. De woordspelletjes tussen de dialecten raken vaak aan de grens van slapstick, maar de nonsens blijft voortdurend van hoog niveau.

Te midden van alle gekheid blijft de operette herkenbaar, ook muzikaal. Het maakt je ervan bewust dat de melodieën met een andere instrumentatie, wat discogehuppel en een verleidelijke look eigenlijk heel modern zijn. Soms ben je je er niet zeker van of de bekende deuntjes uit het jaar 1899 stammen of misschien toch in de jaren tachtig zijn geschreven. Tijdloze muziek.

Dave Moskin leidt de avond als Jonnie Strauss, stoïcijns kijkend, gekleed in een gouden pak. Af en toe grijpt hij naar een synthesizer of een akoestische gitaar. Samen met Kyrre Kvam heeft hij Strauss’ partituur met gevoel, humor en een liefdevolle knipoog naar het heden getransponeerd.

Samen met Ruth Brauer-Kvams geslaagde regie wordt bewezen dat operette niet verstoft en ouderwets is. Met onconventionele stijlmiddelen kan het genre naar het heden gebracht worden. Er is dus hoop, en een grote toekomst voor de operettekunst!

Wiener Blut is nog tot half mei te zien. Zie voor meer informatie de website van het Theater Bronski & Grünberg.

Vorig artikel

Cité de l’Opera: Paul, Plácido en Anna

Volgend artikel

Van Zweden dirigeert thrillers in Matinee

De auteur

Marie-Theres Arnbom

Marie-Theres Arnbom