Met een uitstekende cast bracht de Volksoper Wien de afgelopen weken voor het eerst sinds de wereldpremière Richard Strauss’ Salome weer op het toneel. In de titelrol glansde Annemarie Kremer, met tegenover haar een al even overtuigende Sebastian Holecek als Jochanaan.

De maan domineert de enscenering van Marguerite Borie, in deze productie voor de Volksoper Wien. Als symbool van fletsheid, kilheid en kuisheid functioneert de maan als een soort ‘Leitbild’ door het hele verhaal. De bühne is tot het allerwezenlijkste gereduceerd.

In de titelrol glanst Annemarie Kremer, die de dramatische partij vocaal fantastisch meester is en ook theatraal overtuigt. Juist de sluierdans – voor vele zangeressen een zware opgave, die vaak door een balletdanseres overgenomen wordt – wordt door Kremer expressief gebracht.

Sebastian Holecek (Jochanaan) bezorgt het publiek een waar sterrenoptreden: uitdrukkingsvol, woord voor woord te verstaan en vocaal indrukwekkend geeft hij de profeet persoonlijkheid en présence.

Vincent Schirrmachers Narraboth is krachtig en kan zijn genegenheid voor prinses Salome niet verbergen, wat theatraal tot een strijd van gevoelens leidt, met zorg gadegeslagen door Martina Mikelic als de Page.

Als Herodes is Wolfgang Ablinger-Sperrhacke goed present, met Alexandra Kloose als Herodias aan zijn zijde.

Het enige echte zwakke punt vind ik de muzikale leiding van Gerrit Prießnitz. Het Volksoper-orkest slaat zich moedig door de partituur, maar op een genuanceerde invulling is het vergeefs wachten.

Marie-Theres Arnbom is correspondent van Place de l’Opera in Wenen. Ze is historicus, auteur, curator en cultuurmanager en heeft diverse boeken op cultuur- en muziekgebied geschreven. Zie www.arnbom.com.