CD-recensies

Een keertje wat anders van Mascagni

Pietro Mascagni ís Cavalleria Rusticana. Jammer voor de Italiaan, want hij heeft nog veertien andere opera’s geschreven. Gelukkig neemt zo nu en dan iemand de moeite één van die andere werken op te duikelen en uit te voeren. Zoals het label Bongiovanni, dat pas Mascagni’s opera Parisina uitbracht. Een keertje wat anders.

Pietro Mascagni.
Pietro Mascagni.

Parisina is, een beetje bot gezegd, een verhaal vol waanzin. Stella dell’Assassino is opzij gezet door haar man Nicolò D’Este, omdat die zijn leven liever voortzet met Parisina Malatesta aan zijn zijde. Dwaas van wraak probeert Stella haar zoon Ugo zover te krijgen dat hij Parisina vermoordt, maar Ugo vlucht.

Ugo en Parisina treffen elkaar opnieuw als de eerste gewond bij een heiligdom aankomt, dat hij in een gevecht heeft weten te beschermen. Hun liefde voor elkaar komt dan aan het licht.

Als stiefmoeder en stiefzoon op een ander moment weer samenkomen en zich aan elkaar overgeven, betrapt Nicolò hen. Hij veroordeelt hen beide ter dood. In een bijna extatische toestand ondergaan Ugo en Parisina de executie.

Niet alleen Stella zit verstrikt in haar gevoelens, ook Ugo – een onrustige, hartstochtelijke jongeman – en Parisina – een enorme dromer – verliezen langzaamaan hun verstandelijke vermogens.

De benaming ‘tragedia lirica’ die de opera van Mascagni meegekregen heeft, zegt dan ook niets te veel. Parisina is van meet af aan één en al tragedie en lyriek. Zonder ophouden. Het lijkt alsof iedere akte in één keer uit de ganzenveer van Mascagni is gefloept, als een lange ademstroom.

Mascagni heeft het werk grotendeels doorgecomponeerd, dus het drama wordt amper onderbroken. Dat maakt het intens (met vele krachtige sfeertekeningen), maar ook wel een beetje uitputtend. Er zit een limiet op het aantal heftige gevoelens dat je kunt incasseren. Soms is een beetje rust of luchtigheid niet verkeerd.

De zang wordt eveneens continu voortgestuwd. Afgebakende aria’s zijn er nagenoeg niet, bijna alles geschiedt in lange dialogen tussen de hoofdrolspelers. Het libretto is daarbij sterk poëtisch (en soms wat vaag).

Een stem met ballen, zou je kunnen zeggen

In 1978 voerde het Teatro dell’Opera di Roma de opera uit onder leiding van Gianandrea Gavazzeni. Een liveopname daarvan is uitgebracht door Bongiovanni. Je kunt uiteraard horen dat het een opname van ruim dertig jaar geleden is, maar desondanks is het een prima dubbel-cd om kennis te maken met dit onbekende werk. Veel alternatieven zullen er ook niet zijn.

Van de zangers spreekt Giuseppe Vendittelli (Ugo) het meeste aan. Hij is tenor, maar zingt met de mannelijkheid en volheid van een bariton. Er zit enorm veel achter. Een stem met ballen, zou je kunnen zeggen. Hoewel zijn articulatie soms te wensen overlaat, vertolkt hij heel fijntjes zijn gemoedstoestanden.

Parisina De andere solisten zijn een beetje wisselvallig. Katia Angeloni zingt een scherpe, agressieve Stella. Dat is niet altijd mooi, maar past wel bij haar rol. Jammer genoeg heeft Atarah Hazzan (Parisina) die scherpte soms ook, terwijl dat mijns inziens haar karakter niet goed weergeeft. Daar staat tegenover dat ze ook heel warm en lijdend kan klinken, met name aan het einde van de opera.

Aldo Protti overtuigt niet als Nicolò. Zijn stem past prima bij zijn rol, maar hij glijdt teveel van noot naar noot en legt in de scène dat hij zijn vrouw betrapt met zijn zoon een geforceerde woede in zijn stem, die niet bepaald beangstigend overkomt.

Een mooie kleine rol is er voor Ferruccio Furlanetto, die toen aan het begin van zijn carrière stond. Hij zingt Aldobrandino en doet dat met prachtige, solide stem.

De opnamekwaliteit is niet zo fraai als we heden ten dage gewend zijn en op de cast valt hier en daar wel wat aan te merken, maar voor liefhebbers van dikke dramatiek en gepassioneerde zang is de cd een mooie mogelijkheid om eens verder te kijken dan Mascagni’s Cavalleria Rusticana.

Vorig artikel

Opera North onderzoekt vreemdgaan

Volgend artikel

Opera tussen de treinen

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.